Ik droomde vannacht dat het maandagochtend was. Het waaide en de ochtendspits was in volle gang. Op een parkeerterrein stopte een donkerblauwe Volkswagen Golf. Een seconde of tien gebeurde er niets.
Toen opende zich het portier. Ik zag mezelf. Ik werkte me langzaam naar buiten. Het duurde even, maar toen was het eindelijk zover. Ik stond naast mijn wagen. Ik oogde zorgelijk. Er zaten kreuken in mijn pak. Ik wierp een blik op mijn horloge. Toen tastte ik in de zak van mijn colbert en diepte een pakje sigaretten op, klopte er één uit en stak ’m op. Ik trok gulzig aan mijn sigaret. Ik zag mezelf en wist, zo heeft hij al honderden, zo niet duizenden keren naast zijn wagen gestaan. Snel nog één lange hijs. Toen gooide ik de sigaret weg en pakte mijn machinepistool van de achterbank.
Een drone scheerde over. Ik begon richting kantoorpand te lopen. In lome cadans stak ik het parkeerterrein over, het machinepistool bungelend in mijn rechterhand. Maar hoe dichter ik de ingang naderde, des te meer de vertwijfeling in mijn pas sloop. Daar zakten de schouders al. De kin plofte op de borst. Ik was het parkeerterrein nog niet af, of mijn hele lichaam deed mee. Ik leek wel een stripfiguur. Dagobert Duck die zijn geld kwijt was, zo moedeloos sjokte ik verder.
Voor de glazen draaideur van het kantoorpand hield ik halt. Een weerloze gestalte voor een veel te groot gebouw. Ik staarde verdoofd voor me uit. Wat zich in mijn hoofd afspeelde, liet zich makkelijk raden. Het was pas maandagochtend en eigenlijk wilde ik nu al weer naar huis. Wat een leven en wat voelde ik me leeg. Vroeger, in mijn jonge jaren, diende ik mijn chef regelmatig van repliek, maar daar was weinig meer van over. Behalve dan die vreemde mengeling van gelatenheid en berusting. Alleen in gedachten sputterde ik nog tegen.
Toen vermande ik mij, slaakte een laatste zucht en verdween schielijk door de draaideur naar binnen. Het was vijf voor half negen. Een maandagochtend in februari. Buiten zette de wind een tandje bij. Binnen schoot ik iedereen overhoop.
Geen idee waarom ik dit droomde.