Ik was in Nice, Frankrijk, op een plek waar je het hele strand kon zien en de zon langzaam in de bergen verdween. Prachtig, romantiek ten voeten uit. Ik zag Aziatische meisjes zichzelf fotograferen met een selfiestick. Ik zag Europese en Amerikaanse vriendinnen hun favoriete fotogezicht opzetten om zichzelf te fotograferen zoals ze op elke foto staan. En ik zag stelletjes gearmd, kijkend naar de zon, natuurlijk met fotocamera om dit magische moment vast te leggen.
In gedachten zag ik de Facebookpagina’s volstaan. Zelfde mooie achtergrond, kijkend in de lens, gelukkig, blij en angstig. Ja, angstig. Werd dit speciale moment wel perfect vastgelegd? Zou het moment ooit bestaan hebben als het niet op Facebook, of Instagram of waar dan ook wereldwijd getoond zou worden? Hebzucht, ijdelheid, consumptie, deelverslaving, allemaal verenigd in een angstige blik.
Wat is er zo speciaal aan een mooie achtergrond, of een bijzonder moment als dit elke vijf minuten herhaald wordt door andere passanten? Door andere mensen in dezelfde achtergrond. Ik zat daar even en ik genoot van het uitzicht. Even voelde ik ook de drang om een selfie te maken. Kijk mij nou met dit mooie uitzicht. De herinnering aan een mooi moment, vereeuwigd op het internet.
Ik deed het niet. Ik bleef kijken totdat de zon daadwerkelijk verdwenen was. Een tijd lang zat een babyboomstelletje naast mij. Ze genoten zichtbaar. Misschien zouden ze dit moment nooit vergeten, misschien ook wel. Ze hebben het moment in ieder geval beleefd zonder angst voor een mislukte foto. Ze deelden het moment niet met de wereld, maar met elkaar, met het prachtige uitzicht, vereeuwigd in het moment zelf.