Ik ben in Nice en ik kijk mijn ogen uit. Er zijn hier natuurlijk Franse, maar ook Spaanse, Portugese, Italiaanse, Afrikaanse, Braziliaanse, Argentijnse en Poolse dames.
Eerst werd ik verliefd op een Portugese, met zwart haar, donkere ogen en een lichtbruine huid. Ze was zo mooi dat elke man in de kroeg met haar wilde dansen, we moesten de mannen van haar afslaan.
Toen werd ik verliefd op een half Franse, half Afrikaanse dame. Mijn nieuwe Angolese vriend, Tony, wil me aan haar koppelen. Ze spreekt geen woord Engels en ik spreek bijna geen Frans. Desondanks was het heel gezellig en bood ze aan haar hasjjoint met mij te delen. Dat sloeg ik af. Dutch weed or noting.
Ik ontmoette een Braziliaanse, klein van stuk, lichtbruin haar, groene ogen en ik werd weer verliefd. Ze was met haar half Franse half Braziliaans manwijf, waar een bevriende Engelsman een oogje op heeft, dus ik zal haar vast nog wel eens tegenkomen.
Zoveel mooie vrouwen en omdat je altijd wilt wat je niet hebt, vinden ze mij ook nog eens knap met ‘mijn lichte haar en lichte ogen’. Dat is vice versa. Ik vind vrouwen uit zuidelijke contreien echt heel mooi. Sierlijk, gracieus, vrouwelijk enzovoort.
Mis ik de Nederlandse vrouw dan niet? Een potige uitsmijter, twee meter hoog en afkomstig uit een Oostblokland zei: ‘The Netherlands? I love the women there. They are blond and really big.’
Ja, dat is dan ook wel weer zo.