“Oh, pap, dat je het even weet: ik wil graag Draculaura van Monster High!” schalt het vanuit de woonkamer.
Uh-huh. Tuurlijk, meid. Ene oor in, andere uit.
“Nou, dan wil IK wel die Speed Megaminx Ultimate II Cube.”
“Fijn knul, doe je best,” mompel ik.
Mijn spreadsheet wil niet kloppen. Getergd mep ik op mijn laptop. Haat aan. Pokkezooi. Morgen op ‘t werk maar met een collega afstemmen. Dan besef ik me ineens dat ik daarnet heel waardevolle informatie kreeg. En vooral: dat ik die info totáál niet geregistreerd heb. Ik ben dit duidelijk nog niet gewend.
Zaterdag zijn ze bij mij. En gezien hun toegeroepen wensen eisen ze overduidelijk een fatsoenlijke Sinterklaas.
Nog maar twee dagen! Hoe moet ik in vredesnaam de hele santenkraam regelen in die tijd?
Vorig jaar galoppeerde de Sint door de omstandigheden compleet aan ons huisje voorbij. Maar daarvóór was alles nog heel anders. Zij noteerde minstens een maand lang oplettend alle terloops geuite cadeauwensen van de kinderen. Zij deed de nodige inkopen. Zij pakte alles mooi in en schreef gedichtjes. Zij regelde dat de buurman op een afgesproken tijdstip de voordeur aan gort bonkte, terwijl buurvrouw een hand pepernoten via de terrasdeur naar binnen keilde. Zij zorgde voor een banketstaaf (en ook nog eens voor alle overige staven, maar die laten we hier even buiten beschouwing) en voor lekker Sinterklaaseten. Zij zorgde voor kaneelgeurkaarsen en monstrueuze liedjes. Ja, zij zorgde voor ‘Sinterklaas’. Ik kreeg alleen geen cadeautje, wat wel goed uitkwam omdat ik vanzelfsprekend voor haar óók niks had. Daar had ze, alwetend als ze altijd was, op geanticipeerd.
En nu? Nu brengt Sinterklaas alleen nog maar een hoop zorgen in een grote zak. Een zak namens Enkeling.
Enige remedie om de zorgen in die zak kwijt te raken: vullen met chocola. En een grote fles whiskey.
“Kinderen, het zat Sint dit jaar éven niet mee.
was ie niet aan ‘t werk, dan zat ie wel op de plee.
Geen tijd dus, om jullie cadeauwensen te registreren.
Maar ja, jullie weten: ook het kleine moet je eren.
Wees dus nu vooral dolblij en hou jezelf groot.
Welnu, kijk hier: voor allebei een lekkere pepernoot!”
Die blijdschap op hun gezichten…
Ach ‘t zal wel los lopen.
Sjezus, moet ik straks ook nog
een kerstboom gaan kopen…