Sinds kort heb ik een nieuwe sportheld. Nadine Broersen heet ze. Meerkampatlete, net als Dafne Schippers voor ze de snelste vrouw ter wereld werd. Nadine is een topsporter, maar niet zo goed als Dafne. Vooral iets minder snel. Maar dat kan me niet schelen. Ik ben fan vanwege iets anders, iets waarmee ze Dafne de baas is.
Toen ik haar googelend naar Dafne op mijn pad trof, overkwam me een serendipiteit. Voor wat ik bij Dafne dacht te vinden, was ik bij Nadine beter af. Vrouwelijke vormen die niet van forse heupen maar van een smalle taille komen. Ze is licht en toch sterk. Rank en toch gespierd. Spieren die zich vertonen als onherbergzame rotsmassieven als er kogels gestoten, speren geworpen of hard gelopen moet worden. Maar die ervoor en erna het landschap van haar lichaam Provençaals zoet laten welven.
Fan van Dafne Schippers zijn ligt gewoon teveel voor de hand. Omdat Dafne alles lijkt te hebben. Ze is een vanzelfsprekende winnaar. Ze is groot en sterk. Ze is blond en mooi. Mooi op zijn Hollands. Struis. Stoer. Stevig. De lijnen van haar gezicht en haar lijf zijn met forse streken door een zekere hand geschetst. Met viltstift. En daarna door een bekwaam ambachtsman met eersteklas gereedschap in het beste eikenhout gebeiteld.
Nadine Broersen is uit ander hout gesneden, met ander gereedschap door andere handen bediend, met fijnere motoriek. Haar lijnen zijn op de ontwerptafel heel precies met een fijn pennetje getekend, met oog voor detail en met sierlijk resultaat. Als Dafne een Mercedes is, betrouwbaar en sterk, dan is Nadine een Ferrari. Een auto om vooral naar te kijken, om mee te flaneren. Dan is het niet zo erg als hij soms even hapert.
Nadine nam me verder voor zich in door een interview over haar tatoeages van alweer twee jaar geleden. Vooral de olympische ringen laag op haar onderbuik. Een intieme plek, noemt ze het zelf. Zo intiem dat zelfs in het weinig verhullende sporttenue van atleten een groot deel van de ringen verborgen blijft. Maar heel geraffineerd nooit helemaal. De positie is strategisch gekozen, er steekt altijd een stukje boven haar sportbroekje uit. Ik noem het een teaser.
Hoe degelijker het broekje van de dag, hoe minder ringen er te zien zijn. En hoe frivoler, hoe meer. De tatoeage maakt haar lichaam spannender, zegt ze. Nadine vindt het leuk als mensen (meestal mannen) vragen of ze de verborgen ringen ook even mogen zien. Dan doet ze nonchalant, alsof het haar niet kan schelen. Natuurlijk mag het. Want ze hoeft zich nergens voor te schamen. Niks valse bescheidenheid, ik mag dat wel.
‘De meeste atleten hebben mooie lichamen,’ zegt Nadine. ‘En dat mag best gezien worden.’ Zij hoort tot de bevoorrechten die zich de skimpy sportoutfits kunnen permitteren. Gewone stervelingen zouden er voor gek in lopen met hun ongetrainde lijven. Ze heeft recht van spreken. Wie mooi wil zijn moet pijn lijden. Al beult ze zich in de eerste plaats af om hoog, ver of over horden te springen, een mooi lijf is een verdiende bonus. Meer dan een bonus. Doe mij haar ringen maar.
Heeft ze wangimplantaten? De bolling klopt niet met de onderkant van haar gezicht. En ik zie wat hangend vet aan de achterkant van haar dij. Code rood!
Persoonlijk zal het mij worst wezen of ze wel of geen wanginplantaten/hangend vet heeft.Daar gaat het toch niet om?
Vrouwen, …. altijd elkaar afkraken!
atlete zijn altijd een goede vangt voor Nederland om te winnen op een WK, voetbal is verleden tijd atleten komen weer terug!