Het is dat ik graag lees en de bibliotheek nu eenmaal een plek is waar veel boeken zijn verzameld. Anders kwam ik er nog niet als ik er een miljoen euro voor kreeg.
Want er is geen plek zo deprimerend als de bibliotheek. Een grote bijdrage aan deze sfeer wordt zeker geleverd door het gros van de medewerkers, waarvan een groot aantal volgens mij al in een bibliotheek werkte voordat de boekdrukkunst was uitgevonden.
Gelukkig zijn de mensen in de leeszaal stil. Dan hoor je tenminste de kwebbelende moeders en de spelende kinderen goed door het gebouw. Het zou toch zonde zijn als je dat allemaal moest missen. Sommigen vinden het dan nog te rustig, nou dan zet je toch gewoon een f*cking PIANO midden in de bibliotheek!1!11!!!? Tuurlijk. Ik zou er nog even een trompet en een drumstel naast leggen.
Daklozen die hier lekker warm hun porno kijken. Onbegrijpelijke printprocedures. Computers die je met een ponskaart moet aanzetten. Handige opzoeksystemen waarmee JE NOOIT VINDT WAT JE ZOEKT. Omdat ze nooit HEBBEN wat je zoekt. En ja, ze kunnen voor mij De Bronzen spiegel van Gerda van Wageningen ook wel bestellen, maar soms wil je gewoon niet wachten.
Ik doe mijn ding en haal mijn boek. Dan ben ik weer weg. Ik vraag niets. Gewoon een boek. Ik breng het ook weer terug. Dat beloof ik. Langer dan nodig blijf ik nooit in een bieb. Je geestelijke verrijking moet niet ten koste gaan van je geestelijke gezondheid.