Zondagmorgen. De kinderen kijken Boomerang en ik rek mij een keer uit. Mijn vrouw is bezig zichzelf in een spijkerbroek te hijsen en met droevige stem fluistert zij me toe: “Kijk nou hoeveel striae ik heb.”
We worden ouder.
We zijn allebei al heel erg 37 en het lichaam begint af te takelen. Ik kan niet meer eten wat ik wil, want nu kom ik aan. Ik kan niet meer stappen tot half 6, want de dagen erop ben ik daadwerkelijk ziek. Ik kan niet meer spontaan de auto pakken en pas in Parijs uitstappen, want ik heb verantwoordelijkheden. En, ik kan niet meer ontkennen dat mijn vrouw striae heeft. Ook al wil ik nog zo romantisch overkomen.
Striae is niet weg te poetsen, tenzij je een plaatje bent en Photoshop je onder handen genomen heeft. Alle lekkere wijven hebben er last van.
Jennifer Lopez heeft het. Nicole Kidman ook. Net als Cameron Diaz, mijn vrouw of Sandra Bullock. En, mocht je na het lezen van deze namen last krijgen van jeugdsentiment, dan heb ook jij de leeftijd om niet meer zonder striae door het leven te gaan.
Je kan het niet wegsmeren. Hoe duur het zalfje ook is. Je kan nog zo hard trainen in de sportschool; striae verraadt voortaan immer je echte leeftijd. Geen botox die je er voorgoed van af helpt.
Loom sta ik op. Ik heb zin in koffie.
Terwijl ik iets van kleding aantrek begin ik mijn vrouw te irriteren. Ik zeg haar dat ze een vrouw van middelbare leeftijd is. Dat met haar leeftijd de gebreken van het lichaam onvermijdelijk zijn. Dat striae de wallen van de bips zijn.
En ik zeg haar dat ik haar zal gaan inruilen voor een nieuw exemplaar. Jonger, strakker en nog steeds in het bezit van vooruitstekende voorgevel. Zo’n type die nog te kneden is naar mijn wensen. Zo’n jong ding dat nog lekker naïef uit haar ogen staart en doet wat ik zeg, zonder te zeuren.
Ik grijns als ik de slaapkamer uit wil gaan.
“Denk je nu echt dat zo’n meisje opgewonden wordt van jouw rimpelige reet en die putjes die pas stoppen in je knieholtes?” Hoor ik mijn vrouw ad rem reageren.
En ze heeft verdomme wéér gelijk.