Sinds kort rijd ik elke dag in de file. Maar sinds ik een nieuwe hobby heb vind ik dat geen probleem. De achteruitkijkspiegel van de auto voor mij doet veel goed. Als ik daarin mooie vrouwenogen ontwaar. Want dan kan ik flirten in de file.
Eigenlijk lieg ik nu. Ik flirt niet.
Maar ik kijk wel. Naar de ogen. Zoals laatst. Ik stond in de file en voor mij staarde een vrouw in het luchtledige. Haar helblauwe ogen deden mijn fantasie op hol slaan.
Stel dat die dame met mij gaat carpoolen. En dat zij hartstikke leuk blijkt te zijn.
En mooi. En welwillend. Enzo.
Want in mijn hoofd is haar lichaam gelijk aan het lijf van Romee Strijd. Ze heeft de lippen van Laura Verloop. Ze heeft de strakke buik van Marisa Papen. Haar prachtige jurk laat haar weelderige boezem prachtig uitkomen en de split showt net niet de volledige lengte van haar lange, gladde benen. Als ze lacht verschijnen kuiltjes zoals die van Welmoed.
Haar stem is licht hees. Zoals de stem van Georgina Verbaan. En ze kan smakelijk lachen om mijn flauwe grapjes.
En zo fantaseer ik. Om de tijd te doden.
Dan rijdt het weer.
Ik zorg dat ik achter de mysterieuze vrouw blijf rijden want haar ogen en het bijbehorende lijf hebben inmiddels mythische vormen aangenomen. In mijn hoofd. De dikke Audi komt er niet tussen.
De dame in kwestie moet dezelfde afslag hebben.
En dan weer.
En dan nog eens.
En dan blijkt dat ze op hetzelfde terrein werkt.
En in dezelfde parkeergarage parkeert.
En dat er een plekje naast haar vrij is.
Zal ik?
Ja! Ik doe het gewoon!
Voor een keer in mijn leven zal ik mijn testosteron laten spreken! Ik ga ongegeneerd staren naar dat goed gevormd stuk vlees dat straks uit dat stuk blik stapt.
Snedig als ik ben doe ik net alsof ik iets moet pakken van de bijrijdersstoel, ook al is het een Blueband broodtrommel. Dat geeft haar de tijd om uit te stappen. En ik kan zien of mijn fantasie werkelijkheid is.
De deur gaat open.
Benen komen uit de auto. Benen die gehuld zijn in een spijkerbroek. Dat is jammer.
Gespannen wacht ik de rest van het Goddelijke Monster af.
En dan weet ik weer waarom ik niet flirt in de file.
De dame is niets meer dan een dertien in een dozijn vrouw. Gewoon. Standaard. Niet lelijk of zo. Maar zeer zeker niet concurrerend met het uiterlijk van mijn vrouw.
Heb ik weer.
Tegen mijn collega’s zeg ik dat ik een ochtendhumeur heb en ik nestel mij achter het beeldscherm.
Maar ze had wél prachtige ogen, denk ik.
Morrend.