Doordeweeks zijn ze amper in de keuken te vinden maar zodra het kwik oploopt en de barbecue aan gaat ontpopt iedere vent zich kwijlend en kwispelend tot een keukenprins vanjewelste. Waarbij de ‘keuken’ is veranderd in het open braaitoneel van tuin, platje of terras en het enige apparaat van dienst een barbecue is. Niet zo’n wijvending op gas, maar eentje die kolen verslindt alsof het een Chinese stroomcentrale is.
Gasbarbecues zijn een uitvinding van de duivel. Iedere vent die er een heeft weet dat hij diep van binnen liever en beter op een broeinest van hete kolen grilt. De gebruikelijke smoesjes ‘Ja we hebben maar een klein tuintje’ of ‘dit is voor ons net wat makkelijker’ zitten vol aarzeling en worden dan ook nooit met een krachtige overtuiging uitgesproken. Kom dan met iets als, ‘we hebben een veganistische buurman die 1,90 meter is en een zwarte band karate heeft’, dat maakt het nog net iets aannemelijker. Vuur, gloeiende kolen een vrolijk rookpluimpje die een oermaaltijd aankondigt, dat is wat we willen.
Zelf ben ik een prettige barbecuefan en grill al jaren met de meest diverse gezelschappen op de meest uiteenlopende plekken. Het bestek en grill-aanbod varieert van plek tot plek, maar wat me in al die jaren opvalt is dat het ALTIJD de mannen zijn die de fik er in zetten en de vleesjes staan om te draaien. Of dan toch minstens in 99% van alle grillsessies. Dat wil niet zeggen dat alle mannen helden van de grill zijn. Integendeel. Het rare is: ze komen er wel mee weg.
Vrouwen weten al lang dat veel mannen voor geen meter kunnen barbecueën. Er zijn genoeg barbeknoeiers die lopen te hannesen met vuur en kolen en die het presteren om de simpelste kippenpoot tot een zwartgeblakerde knots om te toveren, of van een malse steak een gummierubberen stoeptegel weten te maken. En dat is jammer. Jammer vanwege de culinaire fuck up, maar ook omdat deze lieden bevestigen dat veel mannen simpelweg niet kunnen barbecueën en dus mannen die wél behept zijn met een fatsoenlijke outdoor grillsessie te kakken zetten. En daar, lieve dames, heeft werkelijk niemand iets aan. De mannelijke barbecueleek raakt ons allemaal, maar wie pakt er desondanks aankomend weekend de grilltang weer op? Precies.