Beide Draken zijn hoogbegaafd. Kind één heeft een vastgesteld IQ van 138 en kind twee een vastgesteld IQ van 134. De emotionele ontwikkeling ligt op normaal niveau. Dat betekent een discrepantie tussen het IQ en het EQ.
Ter verduidelijking; Draak speelt met leeftijdsgenoten. Ze bedenken dat ze strijders zijn en dat de prinses gered moet worden van gevaarlijke dinosaurussen. De groep wil de dino’s te lijf gaan, maar mijn Draak wil eerst zeker weten of ze tegen een Dromaeosaurus, een Kronosaurus of tegen een Itemiris gaan vechten. Want aan de hand daarvan kan hij een plan maken wat betreft wapenuitrusting en kan hij bedenken wat de tactiek wordt; insluipen of juist vol in de aanval?
Beide Draken hebben last van dat verschil tussen IQ en EQ. Ze gaan er echter anders mee om.
Draak twee weet iedereen om haar kleine vingers te winden. Ze heeft ontdekt dat haar charme haar overal mee weg laat komen.
Draak één snapt niet waarom hij geen aansluiting vindt, maar uit dat niet. In plaats daarvan denkt hij daar heel diep over na.
Na verloop van tijd werd hij daardoor steeds stiller en herkenden wij ons kind niet meer.
We merkten dat hij slecht in zijn vel zat.
Hij begon te experimenteren. Al dan niet bewust ging hij dingen doen die absoluut niet mochten.
Zo gooide hij drie rollen toiletpapier in de stortbak omdat hij wilde weten hoe snel het papier in water oplost.
Hij bedacht een heel plan om bij de lucifers komen. Die tocht kostte hem zeker een half uur maar het is hem gelukt. De as van zijn knuffel hebben we in de tuin begraven.
Met een naald stak hij kleine gaatjes in de flessen cola. Die naald vond hij toen hij uitgevogeld had hoe hij bij de sleutel van het kabinetje kon komen.
Represailles werkten niet. Sowieso was straffen geen optie. Het leek alsof we tegen een kartonnen doos spraken. Nul reactie, nul emotie.
Tot het moment dat mijn zoon en ik in een vreemde stad frietjes gingen eten. Na veel gelach en gekeet kwam het hoge woord er eindelijk uit. Hij was doodongelukkig.
Op zijn school werd Draak gepest. Omdat hij niet begrepen werd. Hij werd gepakt op zijn zwakheden. Draak is betweterig, klein voor zijn leeftijd en smal. Makkelijk om te duwen. Daarbij huilt hij snel, uit frustratie.
Om nog enigszins gezien te worden ging hij ook op school experimenteren. Zo heeft hij een keer alle kranen opengezet waardoor de gang onder water stond. Hij werd -terecht- gestraft. Maar hij werd niet gezien. De aandacht ging naar zijn daden, niet naar de reden waaróm hij zo deed. Met als gevolg dat hij op school ook ging zwijgen. Zijn emoties liet hij binnen. Maar die kwamen er thuis nu wel uit.
Het ging van kwaad tot erger. Als gezin botsten we steeds vaker. We zaten in een achtbaan van ruzies, huilpartijen, gevloek en geknuffel. Elke keer als mijn vrouw en ik dachten een oplossing gevonden te hebben kwamen we er vrij snel achter dat ook deze weer tijdelijk was.
Mijn zoon voelde zich daar verantwoordelijk voor. Hij voelde zich thuis ook niet meer fijn en gaf zichzelf de schuld daarvan.
Heel veel gesprekken hebben wij met hem gehad. We hebben professionele hulp gezocht en gevonden. Maar het leek alsof we in een spiraal zaten. We kwamen er niet uit.
En toen zei hij: “Ik wil dood papa.”
Alle alarmbellen rood. Vooral mijn vrouw werd een leeuwin die haar welp tot op het bot beschermde.
We hebben veel gesprekken met school, met Draak en met professionals gehad. Tegenwoordig zit Draak één op judo. Hij leert er om zichzelf te verdedigen, maar vooral leert hij discipline en respect. Vooral voor zichzelf.
We zijn tot de conclusie gekomen dat de visie van de school niet past bij het karakter van onze zoon. We hebben daarom besloten om beide Draken naar een andere school te sturen. We vonden een opleiding die gespecialiseerd is in de begeleiding van het individuele kind. En of dat kind hoogbegaafd is, autistisch is of juist in alles gemiddeld scoort; deze school heeft aandacht voor het kind als persoon.
Dat was een heel ingrijpende beslissing. Want dat kleine beetje zekerheid dat Draak één had namen we hem af. Op zijn school wist hij in ieder geval wat zijn plek was. Nu moest hij weer helemaal opnieuw beginnen.
En we moesten Draak twee vertellen dat ook zij afscheid moest gaan nemen van haar klas en van haar juffen. Zij had juist geen problemen op school. Sterker nog; zij genoot met volle teugen van haar klas.
De dag dat de Draken naar de andere school gingen zaten mijn vrouw en ik met samengeknepen billetjes thuis op de bank. Wat als ze het niets zouden vinden? Wat als blijkt dat we de verkeerde keuze hadden gemaakt? Wat als Draak één nog ongelukkiger zou worden? Een weg terug was er niet.
Met knikkende knietjes stonden we ze uiteindelijk op het schoolplein op te wachten.
Draak twee kwam als eerste naar buiten. Grote blauwe ogen zochten wanhopig naar papa en mama. Ze vond het doodeng. Maar de juf was lief en de kinderen hadden haar heel veel aandacht gegeven.
Toen kwam Draak één naar buiten. Ook twee hele grote blauwe ogen die ons zochten. Hij vond ons en hij rende naar ons toe.
Nog voordat hij bij ons was schreeuwde hij het uit:
“Mag ik bij mijn nieuwe vriendje spelen?”
We zijn een paar maanden verder.
Draak twee heeft nog steeds heimwee naar haar oude klas. Nog steeds maakt ze tekeningen voor haar vorige juffen. Ze mist ze. Maar ze is ook heel gelukkig op haar nieuwe school. Ook in deze klas is ze weer het middelpunt. Ook hier is iedere jongen verliefd op haar en ook hier wordt ze bij aankomst door alle grote meisjes geknuffeld. Qua lesstof wordt ze extra uitgedaagd. Zo mag ze al Engels leren. Ze is pas zes, maar ze spreek al beter fonetisch Engels dan Robert ten Brink.
En Draak één? Draak één experimenteert nog steeds. De experimenten haalt hij uit een boek. En alleen als wij erbij zijn.
Hij heeft vier slips op zijn witte band zitten en hij heeft al twee medailles gewonnen.
Hij huilt nog steeds snel, uit frustratie. Maar dan vooral als hij niet mag afspreken, of als hij het Klokhuis niet mag zien omdat hij weigert de vloer te vegen. Hij huilt om de dingen waar 7-jarige kinderen om huilen.
Op school huilt hij ook. Gelukkig maar. Dat betekent dat hij zich veilig voelt. Zijn juf heeft vier hoogbegaafde kinderen in de klas zitten en ze blijkt onze Draak te snappen. Ze laat hem huilen en ze laat hem boos worden. En daarna kletst ze even met hem.
En het meest belangrijke?
Ons kind wil niet meer dood.
Wat niemand je vertelt voor je vader wordt dat het krijgen van een kind het mooiste is dat je kan overkomen. Maar met mooie dingen is het zo dat je altijd bang bent om ze kwijt te raken, ze te beschadigen. Fijn dat het goed gaat met je draken.
Misschien een stomme vraag, maar waarom kon Draak twee niet op haar vertrouwde school blijven?
Eind goed, al goed.
Net als in die film Brammetje Baas (ga die film zien met je kinderen!), waarin de leraar zijn been brak (of zo iets) en er een vervanger moest komen. Een simpele oplossing in de ellende van de basisschool waar je je kind doorheen moet zien te loodsen.
Gaat het probleemloos, dan fijn. Is er iets mis, dan mag je met lede ogen aanzien dat je kind iedere dag naar de hel gaat. Van school wisselen kan alleen als er een andere school is.
Scholen hebben geen programma om kinderen te begeleiden die vooruit zijn op de stof. Slechts extra programma’s om minder slimme kinderen op niveau te krijgen.
Fijn dat jullie probleem is opgelost en dat de draak alleen nog maar onder toezicht experimenteert.
welke school ( of soort school) zijn ze naar toegegaan, is dat ook in de vorm van voortgezet onderwijs??
Montessori, uiteindelijk.
O, dat is toch een school met heel veel eigen verantwoordelijkheid? Ik zal me er eens in verdiepen. Maar kan me niet bedenken dat dit bij ons in de buurt in voortgezet onderwijs wordt gegeven. ( mijn kind zit nu sinds 4 maanden thuis , opgebrand in regulier VO en tot nu toe niet in staat over welke school dan ook na te denken 🙁 )
Montessori gaat uit van de leergierigheid van het kind zelf. De ontwikkelde rekenmethodiek is voor alle niveaus toegankelijk en maakt rekenen tastbaar en begrijpelijk. Zéker hoogbegaafde kinderen zullen bij deze vorm van onderwijs goed in de gaten worden gehouden want het gevaar ligt op de loer dat luiheid het overneemt, wanneer alle vereiste stof (in de vorm van weektaakjes) al gemakkelijk is gedaan.
Dit schoolsysteem is qua opzet niet specifiek de oplossing voor kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong. Het hangt weer eens af van de invulling van de school/leraar in kwestie.
Voor hopeloos uitgevallenen van het voortgezet onderwijs zijn er ook ‘dagbestedingsinstuten’ die op verschillende niveaus (ook hoogbegaafd) begeleiding kunnen bieden.
klinkt een beetje bekent, ik ben nu ver in de 50, iq van 138-142, 4 of 5 x in mijn leven psychologische testen moeten doen onder de noemer van ‘beroepskeuze testen’ toen ik kind was maar het waren iq testen. De behandelaars van het kinder psychologen konden er geen kaas van maken. Moest wat fout zijn met de test als ik niet helemaal spoor en toch rond de 140 haalde.
Pas 12 jaar geleden de diagnose gehad ADD. 1 jaar op medicijnen(concerta) maar daarmee gestopt want beter wordt het niet en afhankelijk van medicijnen alleen omdat mensen problemen met mij hebben hoef ik niet, dan ligt het probleem bij hun. Ik wil al vanaf mijn 14 of 15 dood om dat ik niet in het plaatje pas die mensen vor mij bedacht hebben, middelbare school verkloot maar veel geleerd in de praktijk en zelf studie.
Dood wil ik nog steeds, ik ben niet voorzichtig, maar ik stel het nog even uit, de bevrijding om de beslissing te nemen dat ik er een eind aan wil maken maar het zelf in de hand heb wanneer en dat ik het ook uit kan stellen totdat mijn zoon op eigen benen staat en ik nog mee kan maken dat hij het goed doet en goed gaat. Dat is voor mij de tijd daar…. is eindelijk iedereen van mij af die moeite met mij heeft. Opgeruimd staat netjes zij mijn oma altijd en zo denk ik er ook over. Ik heb het in eigen hand. Zie er naar uit, eindelijk af van dat gezeur over mijn incompetentie, mijn concentratie, mijn handschrift, etc etc etc. zo zat van.
Ik ben hier intens stil van…
Mijn oudste dochter heeft de combinatie (zeer) hoogbegaafd met aangeboren depressief, want serotininetekort (van mij geërfd). Als hoogbegaafde voel je je als kind al eenzaam, als je klasgenoten je niet begrijpen. Het gevolg was onderpresteren, sociale isolatie en geen zin meer in het leven. Urenlange gesprekken, voorafgaand aan de slaap en de angst dat ze de volgende ochtend niet zou halen. Bij GGZ wist ze exact wat behandelaren het liefst wilden horen. Hun aanpak had ze al gauw geanalyseerd en gefileerd. Uiteindelijk bracht levenslange medicatie uitkomst. Een moeilijke keus toen ze daar als jong volwassene aan moest, daar het funest was voor het libido. Ze is nu getrouwd met een hoogbegaafde man, ze willen geen kinderen (uiteraard) en promoveren binnenkort beide. Maar hoogbegaafdheid en depressies, het is een levensgevaarlijke combi!
Die combinatie hoogbegaafd en depressief is heel ingewikkeld. Zelf meerdere malen in het oneindig diepe zwarte depressiegat gedonderd. Nu loopt onze middelste vast. Zelfde problemen. Zelfde bron.