Autowassen, de tuin betegelen (en daarna veel te vaak de ontstane steenvlakte met de hogedrukspuit te lijf gaan), naar de sportschool gaan. Dingen waar zelden iemand beter van wordt, laat staan de wereld. De voorbeelden zijn nog vrij onschuldig hoewel autowassen en de tuin betegelen tamelijk slecht zijn voor het milieu. Maar relatief onschuldige dingen doen, is maar het topje van de ijsberg. Dingen doen kan makkelijk uit de hand lopen. Tot oorlog aan toe.
Het zijn meestal mannetjesmensen die hun kostbare tijd besteden aan overbodige dingen terwijl ze ook de krant of een boek hadden kunnen lezen. Of een beetje mijmeren, op de rug liggend aan de kant van een slootje en op een grassprietje kauwend. Mindfulness heet dat tegenwoordig en dat wordt meestal door vrouwen beoefend terwijl hun mannen dingen aan het doen zijn.
De drang om dingen te doen lijkt bij dat type man wel een aangeboren verslaving. Want het verschijnsel doet zich van jongs af aan voor, als ze nog jongetjes zijn. Zelfs als je zelf geen kinderen hebt zijn de gevolgen overal zichtbaar. Struiken met afgebroken takken bijvoorbeeld, dat is jongetjeswerk. Takken kapotmaken is niet helemaal onschuldig. En dan zijn het nog maar jongetjes. En het blijft niet bij takken. Zeker op den duur niet als jongetjes opgroeien tot mannen. Vooral als de omstandigheden ‘sturm und drang’ vrij baan geven. Nare omstandigheden.
Stel dat de jongetjesvariant van ‘sturm und drang’ in de kiem gesmoord zou kunnen worden, wat zouden de effecten zijn? Op korte termijn zouden meer struiken jongetjes overleven. En op langere termijn zullen tuinen groener zijn, op auto’s zal mos groeien, en op plaatsen waar anders sportscholen zouden staan, zullen parkjes zijn. Het is alvast goed voor de natuur.
Maar het is ook goed voor andere mensen. Sturm und drang is eigenlijk een eufemisme voor latente agressie, net als ADHD. Het begint met onschuldige overbodige dingen doen en als alles meezit blijft het daar vaak bij. Maar het zit niet altijd mee. Stel nu eens, ik laat mijn verbeelding even de vrije loop, dat je dat jongetjesgedrag in de kiem zou kunnen smoren, dat scheelt al meteen vandalisme aan struiken, maar later misschien wel geweld, verkrachting en moord. Die IS-terroristen, het zijn eigenlijk groot geworden jongetjes die hun speelgoedgeweertjes hebben verruild voor bomgordels en kalasjnikovs. Wie zou dat niet willen voorkomen? Maar dan moet je er vroeg bij zijn!
En natuurlijk wel op een moderne manier. Want het hanteren van de karwats heeft in het verleden niet voor blijvende positieve resultaten gezorgd. Als leek denk ik dan meteen aan iets als Ritalin. Maar dat laat ik graag aan de medische wetenschap over. Het kan vast wel effectiever.
Los van de vraag of dat wel mag, zou je op die manier van jongetjes meisjes maken, zullen aanhangers van de Mars/Venustheorie tegenwerpen. Lijkt op het eerste gezicht wat in te zitten. En onderscheid moet er natuurlijk wel zijn. Dat maakt het leven leuk. Maar stel nu eens dat we twee vliegen in een klap zouden slaan: dat er niet minder maar juist meer onderscheid komt als we jongetjes met een paar pilletjes van hun overspannen dadendrang afhielpen.
Want eigenlijk zijn het juist die stereotype jongetjesdingen die ervoor zorgen dat alle jongetjes op andere jongetjes lijken. Jongetjes voelen zich geroepen om struiken te lijf te gaan om zo jongetjesachtig mogelijk te zijn (als ze later groot zijn zo mannelijk mogelijk) En meisjes voelen zich dan weer geroepen om ideale meisjes zijn om bij die jongetjes in de smaak te vallen. Bizar eigenlijk, alsof jongetjes en meisjes moeite moeten doen om van elkaar te verschillen. Terwijl de natuur de verschillen die er echt toe doen op een presenteerblaadje heeft aangeboden. Als grote jongetjes en grote meisjes maar genoeg leuke dingen met elkaar doen, met dank aan hun verschillende lichaamsbouw, houden die jongetjes niet eens tijd over om overbodige, nutteloze of schadelijke dingen te doen. Alsof ze dat nog zouden willen. Onder invloed van dat wonderpilletje.
Ik heb wel eens gemeld: ik kom niet van venus, niet van mars, maar van de maan. Ik ben een vrouw en ik accepteer mijn lijf als vrouw. Toch zou ik liever een man willen zijn. Omdat die gewoon overal mee wegkomen. In mijn doen ben ik meer een man. Ik ben me al mijn hele leven aan het bewijzen. Al vraag ik me af waarom. Als een vrouw iets doet wat op het randje is, wordt daar meteen een probleem van gemaakt. Toch haat ik mannen niet. Vrouwen blijven maar kakelen en gunnen elkaar weinig. Dat is tenminste mijn ervaring. Wat dat betreft zit ik liever tussen de mannen. Maar goed, mensen blijven mensen. Er zijn goede en slechte mensen, zowel vrouwen als mannen. En natuurlijk ook ‘grijze’ mensen. Ik denk dat ik grijs ben. Ik doe mijn uiterste best, maar heb geen echte vrienden, dus het zal wel niet goed genoeg zijn, haha. O ja, het komt vast omdat ik bewust geen kind heb. En dat wordt toch wel van je verwacht. Maar ja, ik kan net voor mezelf zorgen, dus ik ga absoluut niet de verantwoordelijkheid voor een klein menselijk wezen dragen. Dat is dan weer gedacht als een man. Jammer dan, het interesseert me niet. Volgens mij is dit pure logica. Hard? Pech! Nee ik laat me niet ombouwen. Ik zie er goed uit dus dat hoeft niet. De wereld moet maar eens af van het denken in stereotypen. Dat is wat mij betreft de enige oplossing voor wereldvrede. Praat gewoon rustig met elkaar en hou op met dat welles-nietes gezeik en wijzen naar elkaar.
Klinkt als het principe dat kinderen zo vroeg mogelijk moeten leren lopen en praten, maar als ze dat eenmaal onder de knie hebben, stil moeten zitten en hun bek houden.
Jongenskinderen wel. Meisjeskinderen kan je rustig hun gang laten gaan. Stukken minder schadelijk 😉