Wat hieraan vooraf ging: De commune (3)
ADULT CONTENT
“Wat zit daar in?”
Simone wijst naar een ietwat klein uitgevallen, sierlijke, rode kartonnen doos in Aiko’s armen. Aiko trekt vandaag al bij ons in en heeft inmiddels voor de gevoelde achtentwintigste keer zijn Tokkietwingo voor het huis geparkeerd. Vijf dozen per keer schiet ook niet echt op. Maar het betonnen paaltje heeft hij tot nu toe vakkundig weten te ontwijken. Dat dan wel weer.
“Volwassenendingen,” bromt Aiko.
Hij is moe en dat is hem aan te zien. Maar hij is zijn oversekste hospita nog veel moeier, dus toen ik eenmaal goed en wel ingestemd had met het verguisde commune-concept, stond zijn toeterende koekblik, gevuld met de eerste verhuisspullen, in een mum van tijd voor de deur.
“Wat zijn vol-was-se-nen-dingen?”
Het overdreven beklemtonen is daar: Simone zit in de pitbull-modus. Vastbijten en niet meer loslaten.
“Dingen die níét voor kinderen bestemd zijn! Dus ik wil je niet met je tengels en je ogen op steeltjes in deze doos zien!”
“Als je zo doet, vind ik helemaal niet aardig meer, Aiko! Dan kun je dat logeren op mijn kamer ook mooi vergeten!” bitst Simone terug.
Aiko kijkt gespeeld beteuterd.
“Ach Simoontje… Jij mag jouw kamer helemaal voor jou houden, hoor. Ik heb met Den… je papa afgesproken dat ik de logeerkamer tussen jullie in krijg. En daar blijf ik ook. Weet je, het is niet zo verstandig voor grote mannen om bij kleine meisjes op de kamer te logeren. Juist vanwege die volwassenendingen. En zo.” Aiko knikt even in de richting van de doos in zijn armen.
Oei, Aiko toch, denk ik. Je werkt je nu aardig in de nesten. Leer mij mijn dochter kennen; die laat zich echt niet tevreden stellen met dit soort vage antwoorden. Die boort verder tot ze weet wat er HÁÁR huis binnengesleept wordt. Ik blijf op afstand en kijk verkneukeld toe. Even luisteren hoe Aiko zich hieruit gaat redden.
En daar dreint Simone al door:
“Ja maar… WÉLKE dingen dan? Jij praat alsof je een giga geheim in die doos hebt! Zitten er joints in? Of je Hello-Kitty-dagboeken? Of een hok met vogelspinnen? Of idiote babyfoto’s die niet op Facebook mogen? Oh, en Aiko,” nu kijkt ze hem bloedserieus aan, “ik vind ‘dingen’ een OERSTOM woord. Want dan weet ik nog steeds niks. En ik wil het weten!”
Ontwaar ik daar een minuscule professionele pruillip? Ja! Het omen. Aiko ziet ‘t ook. Om kinderkrokodillentranen te voorkomen wringt hij zich in de volgende bocht:
“Als jíj belooft dat je je nu nog even op je eigen kinderDINGEN concentreert en mij de privacy van mijn ene rode doos laat, zal ík je zo snel mogelijk laten zien, wat erin zit. Beloofd.”
Het concept ‘zo snel mogelijk’ kan Simone nog niet bevatten. Dat Aiko ‘over pak ‘m beet tien jaar’ bedoelt, heeft ze in ieder geval niet door. Ik wel.
“Da’s goed!” kraait ze tevreden.
“Gaan we jouw spulletjes mooi volgende week samen bekijken, oké?”
“Kee…”
Aiko loopt zo snel mogelijk het huis in. Ik weet zeker dat die rooie doos met Aiko’s adult content volgende week nergens meer te vinden is en dat hij het bestaan ervan in alle toonaarden zal ontkennen.
Als alles volgens plan verloopt, komen Guido en Hans volgende week ook; dan kan Simone de nieuwe heren lastig gaan vallen. Probleem opgelost.
De kamerindeling is ook al bekend. Hans wil de kelderkamer. Het duister aldaar past perfect bij zijn literaire depressieve fases. Het bovenlicht en het kelderraampje leveren genoeg daglicht voor zijn marginale behoeften.
Guido heeft de afgelopen twee weken het tuinhuis tot een prutserig vakantiewoninkje omgetimmerd, zodat de overgang na zijn lange verblijf in die kille caravan niet al te groot is.
Ik vind het best.
Zolang de werk- en schrijfkamer maar van mij blijft.
Voor MIJN volwassenendingen.
Eerdere afleveringen van de commune-saga lezen?
Deel 1 – DE BOOT OP, DE BOOT IN
Deel 2 – PUUR COMMUNISME
Deel 3 – EX IS IN