Sinds een poos lijd ik aan een nieuwe aandoening. Zo eentje die thuishoort in het Westerse rijtje waar ook hart- en vaatziekten prijken en dito ellende waar af toe een collectant voor aan de deur staat. Bij mij staat er echter iemand anders met regelmaat aan de deur: de pakjesbezorger.
Ik lijd namelijk aan bestelleritus. Daarmee wordt er bijna dagelijks een pakje bezorgd. Wanneer het precies begon is moeilijk te zeggen. Misschien met een pizza, jaren terug. Honger, bellen, eten, je weet wel.
Het gemak waarmee dingen bezorgd konden worden sprak me meteen aan. Als consument wordt het je steeds gemakkelijker gemaakt. Sinds zelfs de grote supermarkten een bezorgdienst hebben hoef je helemaal nauwelijks de deur meer uit.
Maar gemak is voor mij niet de belangrijkste reden. De voornaamste prikkel is het cadeautjeseffect. Bijna dagelijks krijg je iets in je schoot geworpen dat je ook écht hebben wilt. Logisch, je hebt het tenslotte zelf besteld dus het is geheid feest. En dat bijna dagelijks!
Ook deze week was het weer dikke party wat pakketjes betreft. Een baardtrimmer met USB-charger op maandag. Sokken met palmboomprint – drie paar! – op dinsdag. Een bidon met waterfilter én anti-lek dop op woensdag, plus een set flesjes baardolie inclusief een apparaatje dat ze exact op kamertemperatuur houdt. Op donderdag een set He-Man stickers. En op vrijdag een nieuwe toilettas met zo’n handige ophanghaak, om op zaterdag het weekend op te leuken met een sixpack Japans bier en een rood jasje dat ‘niet te dik maar ook niet te dun is’, uiteraard met capuchon.
Soms heeft het ook iets opwindends. Vooral als je de track & trace code uit je bevestigingsmail ongemoeid laat. Wanneer komt mijn pakje binnen? Is het echt zo dat als ik het vandaag voor 15:00 bestel, morgenvroeg al binnen? Of nog dezelfde dag? Soms ben ik zelfs vergeten wat ik heb besteld. Maak ik een pakketje open en vraag ik me hardop af wat ik met een koperkleurige sauzenuier moet (inclusief een assortiment van vijf zakken saus).
Het is een lastige aandoening, ergens tussen iets compulsiefs en verslavends, maar er valt prima mee te leven. Goed voor de portemonnee is het ook niet echt, maar vooralsnog heb ik alles in de hand. Ook lijden mijn verdere verplichtingen – oh wacht, de bel gaat. Vast een pakje.