
Bron: Libreshot.com
Bijna mijn hele leven, op de eerste achttien jaar na, rijd ik in een auto. Tientallen merken en modellen heb ik inmiddels versleten. Overal ben ik met die roestbakken geweest. In ’t begin vooral de garage.
God weet wat ik er allemaal in heb uitgevreten. En met wie. ’s Ochtends vroeg stak ooit een koe d’r snufferd door het raampje van zo’n vierkante koekjestrommel, genaamd Simca 1000, net nadat wij er, samen met nog een stel, een soort orgie in hadden gehouden.
De laatste met wie ik een BMW volledig heb uitgewoond, was gelukkig mijn huidige vrouw. Net op het verkeerde moment werd er door een agent op het beslagen raampje geklopt en gevraagd of het wel goed ging met mevrouwtje. Ze schudde volmondig haar hoofd. Er kwamen daarna nog heel veel andere. Automerken, dan.
Als ik driehonderd meter verderop naar Appie moest, pakte ik de auto. Tegen beter weten in reed ik met een KIA Sorento 3.5 (je hoorde ‘m de benzine echt naar binnen slikken) op zaterdagmiddag richting het centrum. Mijn intussen betweterige vrouw fietste al zwaaiend weer huiswaarts, terwijl ik nog in de file de andere kant op stond.
Alles deed ik met de auto. Ik heb een stronthekel aan openbaar vervoer. Iedere keer als ik met de trein reis, is er weer iemand levensmoe geweest of is er weer een spoortje los geraakt, net als vroeger bij mijn Fleischmann modelspoor. Ik werd dan zó kwaad dat ik de trafo tegen de muur smeet, waardoor er helemaal niets meer reed. ProRail schijnt ook zo te werken. Maar het kan nog erger; zelfs een doorgaans pünktliche Duitse trein naar Berlijn rijdt, als ik er in zit, helemaal via Bremen naar Berlijn, vanwege een Umleitung.
Niemand krijgt mij uit de auto, dacht ik tot nu toe. Al helemaal niet door dat klimaatgeneuzel. Het enige wat ik over het klimaat wil horen, is of er een automatische climate control in zit. Een energielabel kan mij daarentegen weer niet rood genoeg zijn. Dus zat ik altijd in de categorie ‘hoogste bijtelling’, betaalde mij ‘suf suv’ aan belastingen en begon ik het zo langzamerhand te voelen in m’n portemonnee. Het roer, of nog beter; het stuur moest om.
Twee jaar geleden schafte ik zo’n retrofiets aan met een krat voor op het stuur en een batterij onder de bagagedrager. Ik had altijd al een tering hekel aan fietsen. Dom gedoe. Trappen om vooruit te komen en altijd wind tegen. Is ook een beetje mijn karma. Was dus vaak buiten adem en zeiknat van ’t zweten als ik ergens aankwam.
Nu fiets ik fluitend iedere sukkel voorbij en kom rustig ademhalend aan op mijn plaats van bestemming. Zonder files. Als het niet regent. Ben wel een ‘mooiweerfietser’. Maar samen met politici is een weer-app zo’n beetje het meest onbetrouwbare dat er bestaat, dus ik word regelmatig nat.
Toch heb ik intussen ook mijn laatste auto, een MINI Countryman, ingeleverd bij de leasemaatschappij. Kwam eerlijk gezegd ook wel goed uit dat ie wat eerder terug kon. Het ding was veel te duur en je kon er ook niets bijzonders in doen.
Ik twijfel of ik weer zo’n kostenpost zal aanschaffen. Ik fiets dus nu. En huur soms een auto. Moet daardoor beter mijn afspraken plannen, ben er ook minder door gehaast en het lijkt er op dat ik voor het eerst verdomme nog eens geld over ga houden aan het eind van de maand.
Hebben ze me dus toch de auto uitgekregen. Om de poen. En dat zouden meer mensen moeten doen.
Auto weg.