Volgens Karel zit ‘vitamine B1’ in baco. Als ik wel eens naast hem aan de bar zit, vertelt hij dit vijf maal binnen een half uur aan mij. Afijn, Karel zit in het beginstadium van Korsakov. Het is dus eigenlijk wel logisch dat hij zoveel baco’s achterover slaat, want hij weet gewoon niet dat hij er al een paar op heeft. Op zich best een voordeel, want Karel weet de volgende dag alleen dat hij hoofdpijn heeft, maar niet hoe dat komt.
Karel mag ook niets laten opschrijven en moet meteen betalen als hij iets bestelt. Steevast zegt hij dan dat hij eerst even moet pinnen, maar dat heeft hij dan al vijf keer geprobeerd. Zijn zus heeft een verkeerde pin-code op zijn pasje geschreven, zodat Karel niet in de problemen raakt. Zo hoort hij er toch nog een beetje bij.
De laatste keer dat Karel pinde, deelde hij namelijk briefjes van vijftig uit in de kroeg, maar wij hadden nu niet de indruk dat hij ‘De Staats’ had gewonnen. Zij zorgt wel dat hij wat geld in zijn knip heeft, net genoeg voor een avondvullend vitamine B1 programma.
Sommige jonge dames beschouwen Karel als levende pin-automaat, want zij maken handig gebruik van zijn aandoening. De feeksjes maken hem zes maal per avond wijs dat hij nog geen rondje heeft gegeven en knipogen naar elkaar als hij zijn beurs trekt.
Onze barjuffrouw is hier achter gekomen en de dames krijgen aan het einde van de avond, met een brede grijns, een gepeperde rekening van haar. “Ik zal ze leren om onze Karel in de maling te nemen,” gniffelt zij tegen ons.
Maar Karel is verdomd niet gek. Zijn genialiteit blijkt nog uit de prachtige formuleringen van zijn geestige fantasieverhalen waar wij graag naar luisteren. Wij noemen Karel een eerlijke leugenaar, omdat hij zichzelf gelooft. Veel van zijn verhalen hebben een mythische vorm aangenomen.
En, mocht ik zelf ooit fantasierijke verhalen vertellen, houd dan een beetje rekening met mij… Dan zit ik vast aan de baco’s. Proost!
Meer verhalen van de ‘stamtafel’