Terwijl ik bij de groente en fruit sta loopt Draak Twee alvast met een tas vol lege flessen richting de statiegeldmachine.
Een paar minuten later komt ze alweer terug. Haar tas zit nog steeds vol lege flessen frisdrank. In haar hand houdt ze een grote plak peperkoek, een stuk kaas en een schijfje grillworst.
Ze is weer verwend door de dames en heren van de supermarkt.
Dat is de reden waarom de Draken nog weleens mee willen.
Ze gaan echt niet mee om een uurtje met papa door te brengen. Dat besef ik mij heel goed. Het gaat ze om de versnaperingen.
En het gaat ze om de aandacht die ze krijgen. Minstens de helft van de medewerkers kennen beide Draken bij naam en toenaam. Sterker nog; één van de medewerkers is een zeer goede vriendin van ons gezin geworden. En zij wordt steevast door de Draken geknuffeld, op zaterdagmorgen.
Mooi is dat.

Bron: Pixabay
Niet alleen mijn Draken worden verwend, maar ook de bejaarden die de gangen blokkeren met hun dubbel geparkeerde rollators. De oudjes staan in de rij bij de koffiecorner. Ze kletsen over vroeger terwijl ze de schaal met brokken speculaas zo snel mogelijk in hun tasjes proberen te wringen.
Voor hen is een bezoek aan de supermarkt een uitje.
Vermoedelijk wordt deze gastvrijheid door het hoofdkantoor opgelegd.
“Zorg voor een gezellige sfeer,” zal in de richtlijnen staan.
Maar sfeer kan je alleen creëren als je er de medewerkers voor hebt. Je kan die oudjes nog zoveel speculaas toewerpen, maar als dat gebeurt door een viswijf met een chagrijnig hoofd, knagen die bejaarden nog liever hun kunstgebit kapot op een stuk karton, dan dat ze nog een keer terug komen naar de supermarkt.
Ik heb het geluk dat de dames en heren van “mijn” supermarkt oprecht genieten van hun werk.
Zodra de bakker een Draak richting statiegeldmachine ziet huppelen, begint hij alvast mijn bestelde brood te snijden. De dame achter de kaasbalie schaaft een stukje kaas af en de slager komt snel een high five geven.
Omdat Draak door de hele winkel gilt hoe lekker de grillworst smaakt, stop ik snel een flink stuk van die worst in mijn karretje. En vooruit, ik doe er nog wat krentenbollen bij.
Aan de kassa vertelt de caissière honderduit over haar aanstaande repetitieweek, ze schuift de Draak nog wat stickers toe en glimlacht mij een goed weekend toe.
De wereld is mooi, in de kleine wereld die supermarkt heet.
Als ik moet afrekenen, besef ik me telkens weer dat die gezelligheid mij meer euro’s kost dan gehoopt.
Toch loop ik met een grote glimlach naar buiten.
Gezelligheid heeft zijn prijs, en ik heb het er graag voor over.