Max Verstappen is een mietje

18-09-2017 door Gabriël van Eekelen

Gisteren had ik een dingetje in het cafetaria.
De eigenaar grapte dat wij klanten geen voetbalfans zijn, gezien het feit dat wij friet kwamen bestellen terwijl PSV tegen Feyenoord bezig was. Voetbal snap ik niet; ik kijk naar Max Verstappen en zijn vriendjes.

Bron: Pixabay

Ik:
“Nee, wist ik niet. Maar de Formule1 is wel net klaar. Dat vind ik veel mooier.”

Vrouw met kek kort kapsel:
“Formule1 is geen sport. Beetje hard door de bochten gaan, dat kan iedereen.”

Eigenaar cafetaria:
“…”

Ik:
“Nou mevrouw, als u meer dan vijf minuten in een Formule1 auto kan zitten die op wedstrijdniveau door de bochten raast en u komt eruit zonder enige vorm van spierpijn, dan wil ik u misschien nog gelijk geven ook. Maar wat mij betreft heeft u de sport niet helemaal begrepen.”

Vrouw met kek kort kapsel:
”Tsss. Ik rijd nooit hard.”

Ik:
“U luistert niet, mevrouw. U zegt dat Formule1 geen sport is en u maakt een denigrerende opmerking over de sportieve kwaliteiten van een coureur. Ik kan u verzekeren dat Max Verstappen en consorten meer conditie in hun pink hebben dan u in uw hele lichaam ooit gehad heeft.”

Vrouw met kek kort kapsel:
“Ja, maar het gaat mij om het milieu hè? Wij moeten maar benzine betalen en die mannen tuffen binnen een paar rondes een gat in de ozonlaag. En ik rijd ook auto hoor. En ik heb een brommer. Maar zij maken het wel heel bont, allemaal.”

Ik:
“Volgens mij bent u een mening aan het spuwen. Puur om tegendraads te zijn. Roeptoeteren noem ik dat. Ik ben klaar met u. Fijne zondag.”

Vrouw met kek kort kapsel, doorratelend:
“En dat komt ook omdat het niet in Nederland is. Maar dat zullen die kutbuitenlanders wel weer tegen houden. Zal er wel weer zo’n opvanghuis precies op het circuit gebouwd moeten worden.”

Ik, nors mompelend:
“Wilders, Wilders, Wilders.”

Vrouw met kek kort kapsel:
“Trouwens, heeft er iemand nog punten van de supermarkt over? Mijn man spaart voor de auto van Max Verstappen.”

Mijn dochter van zeven jaar oud, schreeuwend:
“Wát? Ú bent getrouwd? Halleluja! Een wonder is geschied!”