
Alles is beter met een discolamp (eigen foto FdM)
Er zijn ook goede dagen. Dat zijn niet de dagen dat ik je vergeet. Nee, het zijn de dagen waarop mijn emoties me niet uit mijn workflow halen. Wanneer ik gewoon van mijn vriendin kan houden, studeren en werken – en missen dat je er niet meer bent. Ze worden steeds talrijker, die dagen. Gemiddeld gezien dan.
Binair
Maar gemiddeld gezien valt alles wel mee. En wat stelt het leven nu voor zonder uitersten? Zou het mogelijk zijn zo’n enorme bindingsangst te ontwikkelen, dat je zelfs een depressie gaat missen als die er niet meer is? Voer voor psychologen. Emoties zijn redelijk binair, ze zijn er wel of niet. Dat zou best een oplossing zijn, ware het niet dat je kunt verlangen naar gelukkig zijn. Dat is dus een afgeleide emotie. Dit maakt het leven niet gemakkelijker, maar wel interessanter.
Want net als computerchips zijn afgeleide emoties voorspelbaar en kun je er patronen in herkennen. In theorie zou je ze dus kunnen hacken en jezelf gelukkig maken. Kom nu niet aan met Mindfullness en Bikram Yoga want daar krijg ik jeuk van op plaatsen waar ik in het openbaar niet mag krabben. Gemiddeld gezien dan.
Zo gemakkelijk als techniek en rechtlijnige logica soms voor me zijn, zo onbegrijpelijk kunnen emoties zijn. Een paar maanden geleden had ik nooit kunnen bedenken dat ik er wel tevreden mee ben dat ik je mis. Dat het gek voelt als er een dag voorbij gaat dat ik niet overwegend verdrietig ben. Dat ik me niet meer de hele tijd schuldig voel. Gemiddeld gezien dan.
‘Relatief gelukkig’ is een andere manier om te zeggen ‘niet ongelukkig’. Maar wanneer geluk binair is, het is er wel of het is er niet, houd ik mezelf dan voor de gek door te zeggen dat het goed gaat? Of mag ik de maat nemen van gister en dan zeggen: ‘ik ben minder ongelukkig dan ik was’? Ach, zolang de zon blijft schijnen, zal er wel weer een morgen komen en ook die zal voorbijgaan. Gemiddeld gezien dan.