De zaterdagmiddag is de middag bij uitstek om overal te zijn, behalve in de supermarkt. Wie op zaterdagmiddag boodschappen doet in de supermarkt, is of niet goed bij zijn hoofd, of heeft honger als een lamlendig paard óf heeft schijt aan het feit dat het er doorgaans geen doorkomen aan is.
De gemiddelde grootgrutter barst uit zijn voegen van winkelwagens voortduwend shopvee, pertinent botsend, wachtend op een doorgang en loerend naar een passage die breed genoeg is om een halfvolle kar helemaal terug naar het groente-eiland te manoeuvreren om er een stronk vergeten prei op te duikelen.
Zelf ga ik zonder problemen op zaterdagmiddag naar de supermarkt. Geen stress, gratis koffie en vaak nog lekkers om zijdelings van te proeven bovendien. Toch zijn er dingen die mijn stevige boodschapritueel doen wankelen. Bijvoorbeeld wanneer ik mijn zinnen heb gezet op, pakweg, een fles huismerk cranberrysap en deze al weken ‘tijdelijk uit het assortiment’ is. Dan is het van je tuuter-de-tuut in mijn hoofd, want de light variant wil ik niet en het twee keer zo duurdere A-merk druist in tegen mijn principes.
Of de maïskorrels. Ik heb maar een klein blikje nodig voor de chili con carne, maar die zijn een stuk duurder dan de grote budgetblikken. Als ik die koop, dan hou ik weer de helft over en danst er halverwege de week een half blik maïs de horlepiep in de ijskast. Bij de tandpasta heb ik keuzestress en ik gooi altijd meer in het karretje dan dat er in die handige shopkrat past.
Firstworldproblems die ik overigens wegproost met iets lekkers ‘voor naar de auto’. Nee, boodschappen doen met mij is een feest. Volgende week weer.
Huishoudelijk tippie: maïs kun je gewoon invriezen.