Wie zich een progressief mens noemt, kan nog steeds moeite hebben met bepaalde veranderingen. Bijvoorbeeld aan het koekfront. Koek is koek en klassiekers in het koekschap worden alom gerespecteerd en geliefd. Doordat ze de tand des tijds hebben doorstaan en een bepaalde mate aan populariteit genieten.
Neem bijvoorbeeld een lange vinger. Deze boudoir is al meer dan driehonderd jaar hetzelfde. Net als speculaas, al komt deze ruimschoots in de varianten normaal, bakkers, met amandelschaafsel, als brokken of in een met spijs gevulde versie. Wie een theebiscuitje krijgt is minstens op bezoek bij zijn overgrootmoeder maar weet wel gelijk waar hij of zij aan toe is, namelijk een dodelijk saai en bovenal tergend droog koekje. Meer basic dan een theebiscuitje gaat het tenslotte niet worden.
Koeken zijn in de loop der tijden steeds ingewikkelder geworden. Wil een koek tegenwoordig een beetje indruk maken dan komt er een compositie van chocolade, een speciale zachte vulling, nootjes en een of ander biologisch etiket aan te pas. Trends sturen het schap tenslotte en de consument doet schijnbaar niets liever dan verdwalen in een woud van koek. Fuck de keuzestress!
Nee, dan de aloude stroopwafel. Hollands trots dat de halve wereld heeft veroverd. Twee ronde, platte wafels met een oppervlak dat getekend is met vriendelijke vierkantjes, waartussen een verleidelijke laag caramel. Waarbij geldt: hoe verser de stroopwafel, hoe beter. Wat dan ook de steevaste drukte bij de stroopwafelkraam op de markt verklaart. Mensen verkopen schaamteloos hun voornoemde overgrootmoeder voor een verse stroopwafel.
Voor wie het geroep van hardvochtige koekliefhebbers heeft gehoord is het duidelijk: het is al een ruime poos hommeles in stroopwafelland. De stroopwafelliefhebber wordt sinds kort geconfronteerd met een schap dat is overspoeld met talloze schizofrene stroopwafelvarianten. Innovatieve smaakmakers hebben de trotse koek onder handen genomen en er te pas en te onpas allerlei smaakvarianten op losgelaten. Ik som even op: lavendel-zwarte peper, mango-chili, rozemarijn-zeezout, karamel-zeezout, speculaas, sinaasappel-kaneel, banaan-karamel, honing bio, Zeeuwse babbelaar en – oh, horror – aardbei. En dat zijn ze nog niet eens allemaal.
Ik durf mezelf best een progressief mens te noemen, maar ik vind dergelijke kruisbestuivingen dus pure koekverkrachting. Aan sommige dingen moet je gewoon niet tornen. Want zijn het dan nog stroopwafels, of koeken met een bepaalde smaak die er als stroopwafel uitzien?
Caramel zeezout is de meest creatiefloze variant op elke traditie.
Weet Unilever niet meer wat ze moet doen, dan knutselen ze een standaard produkt vol met caramel zeezout.
Nog even en ze verkopen koffie met caramel zeezout, melk met caramel zeezout, roomboter met een kruimig laagje caramel zeezout en luiers, voorbedrukt met een dikke bruine laag van dit goedje.
Misschien moet ik er eens gaan solliciteren.
Ik neem het vooralsnog met een korreltje zeezout.
Op-zee-zouten!