
Bron: Eigen foto gve
Trekkende mannen. Eerder regel dan uitzondering.
Maar ik hoef het niet te zien. En dat zag ik helaas wel.
Zoals elke zondagmorgen liet ik de hond rond half 7 uit.
Ik wandelde een uur door het bos en de hond genoot van haar vrijheid. Rond die tijd is er niemand in het bos, dus ze mag los.
We zagen maar 1 man. Een oudere kerel. Hij liep wat krom. En wijdbeens.
Ik snapte later waarom dat was.
Niet lang na deze ontmoeting zag Nala -de hond- een eekhoorn.
Ze rende achter de vlooienbaal aan en ik was haar kwijt.
Met mijn riem in mijn hand begon ik haar te roepen, en ik floot met grote regelmaat.
Geen hond.
Ik liep naar het fietspad en ik floot weer. Twee mannen die iets verderop stonden kwamen mijn richting in.
Ik vond ze wat vreemd ageren, dus ik liet mijn riem zien. Zodat ze zagen dat ik een hond uit liet.
Maar dat weerhield ze er niet van om dichterbij te komen.
Wat mij deed besluiten om terug het bos in te lopen.
Ze bleven mij echter volgen. Het werd een beetje eng.
Ik liep een stuk van de gelopen route terug, en ik vond Nala. De oudere man hield haar aan de halsband vast.
Ik bedankte hem opgelucht voor zijn hulp. Hij grimaste naar me, maar zei niets. De hond maakte ik vast en ik wandelde naar huis.
Ik merkte dat de man mij op afstand begon te volgen.
En ik moest langs de twee andere mannen.
Ze stonden mij op te wachten. Ik vond het allemaal erg intimiderend.
Maar, omdat ze eruit zagen alsof ze met 1 flinke tik huilend om mama gingen roepen liep ik stug door.
Mijn hart bonkte in mijn keel. Ondertussen zochten mijn ogen naar een flink stuk hout. Voor het geval dat.
Maar toen ik ze voorbij liep geloofde ik mijn ogen niet.
Ze stonden met elkaars’ erectie in de hand. En ze kijken mij recht in mijn ogen aan.
De oudere man stond inmiddels achter mij.
Een van de trekkende mannen probeerde zijn hand op mijn kruis te leggen.
“Nee dank je, heren, geen interesse,” stotterde ik. Toch trok ik even. Maar dan aan de riem van de hond.
Zonder om te kijken liep ik met gezwinde spoed naar huis. De trekkende mannen in hun waarde achterlatend.
Ik weet dat er aan de andere kant van grote weg een homo ontmoetingsplaats is. Maar deze is zeker een kilometer van dat bosje vandaan.
“Misschien zijn ze er op uit getrokken“, bedacht ik mij.

Bron: Eigen foto gve
Mijn vrouw had het ontbijt al klaar.
“Ik heb een Engels ontbijt gemaakt. Met eieren. En dikke worstjes,” vertelde ze trots.
Vol lust propte ik de vette worst in mijn mond. Het sap spoot alle kanten op.
En ik bedacht mij dat een stuk verderop precies hetzelfde gebeurde.
Ontzettend komisch geschreven!
Thanks!
Oh, wat een enge toestand, maar wat heb je het goed verwoord. Ik huiverde tijdens het lezen en toch heeft het ook een komische noot.
Dank je wel! Dat was de hoop die ik had. 🙂