als ze haar kam laat vallen, fantaseer ik dat ze dat opzettelijk doet…

Bron: Pixabay
Etenstijd. Ik sta in de rij om wat te bestellen. Ik heb trek in iets snels. Geen zin om te koken. Er zijn nog drie wachtenden voor me.
Ik staar door het raam naar buiten. Naar de kapperszaak aan de overkant. En ik verzink in gedachten. Een cocktail van fantasie, droom en herinnering.
Ik mis de kapper wel. Of eigenlijk kapster. Heerlijk zo’n dame die aan je haar zit. Tegenwoordig millimeter ik mijn vijftig tinten grijs wekelijks zelf met de tondeuse.
Met plezier kijk ik in de spiegel hoe zij mijn haren knipt. Zelf keurig verzorgd. In voor een praatje, en geflirt. En als ze haar kam laat vallen, fantaseer ik dat ze dat opzettelijk doet.
Het kan behoorlijk warm zijn bij de kapster. Ook al staat de airco aan. ‘Bij sommige mannen staat grijs echt sexy. Jou staat het goed’ zegt ze. Ze blijft me aankijken en vraagt of ik er nog iets in wil. Op dat moment zou ik overal ja tegen hebben gezegd, dus ‘ja’ was het.
Terwijl de gel tussen haar vingers glijdt is deze in mijn gedachten allang veranderd in glijmiddel. Pff, wat is het warm hier…
Ineens hoor ik de herrie van een paar zware föhns. Tenminste, dat dacht ik… het blijkt een oven te zijn die open gaat.
“Meneer, uw bestelling?”, hoor ik iemand vragen. En aan zijn gezicht, en de blikken om mij heen, lees ik af dat hij me al eerder aan probeerde te spreken.
“Sorry, ik was even ergens anders met mijn gedachten,” zeg ik.
“Eén kapsalon graag. Meenemen…”.
Als ik buk om m’n veters te strikken denk ik,
“Wat kan ik hier nog meer doen nu ik er toch ben”?