Een evenement dat bij menig vrouw natuurlijk al wekenlang met dikke stift in de agenda staat gekrast: de Huishoudbeurs! Het wervelende evenement start vandaag in de RAI Amsterdam. Een orgie der commercie met een aanbod waar menig bezoeker wordt overstroomd met prikkels in smaak, geluid en beeld. Een overkill aan informatie die, aan het einde van de dag, gebundeld in mooie herinneringen en propvolle boodschappenwagens op wielen mee naar huis worden genomen.
Bij Huishoudbeurs denk ik vaak aan huisvrouwen, al is dat anno 2019 natuurlijk een rare en versleten term. Als ik aan een huisvrouw denk, dan denk ik aan een vrouw met een bloemetjesschort aan en een emmertje sop aan haar voeten, klaar om het huis te kuisen terwijl een enorme pan piepers op een kolossaal fornuis langzaam tot pap staat te garen.
Het is een van spruitjeslucht vergeven begrip dat in de loop der jaren dankij emancipatie en veranderende gedragspatronen een metamorfose onderging. Mannen gingen zich al dan niet onder dwang meer met het huishouden bezig houden en als het een beetje flex geregeld is zijn anno 2019 de huishoudelijke taken toch behoorlijk 50/50 verdeeld.
Dat is op de beurs voor het huishouden wel anders: daar is het overgrote deel van de bezoekers vrouw. En dan vooral 40+, uit de provincie en met vaak met korte kapsels in een iets te enthousiaste kleurspoeling, beetje plat van voren en achteraan lekker speels omhoog.
Ga je naar de Vakantiebeurs, dan kom je mensen tegen die allemaal graag op vakantie gaan. Op de Kamasutra beurs komen mensen die van seks houden. Tijdens Firstlook kom je game-fanaten tegen. Ga je op de Huishoudbeurs vragen aan aanwezigen of ze verzot zijn op huishouden, dan denk ik dat er weinig zijn die hardop verklaren dat ze weinig liever doen dan stofzuigen, dweilen en de was doen voor een schreeuwerig nest kinderen.
En dan de mannen op de huishoudbeurs. Zeer in de minderheid, steevast met een blik die het midden houdt tussen vermoeide verveling en een verbaasd ‘Waar ben ik in godsnaam terecht gekomen?’ gevoel. Een blik die je ziet bij slachtvee, bij dieren die weten dat ze eraan gaan en zich hebben neergelegd bij hun zure lot. Moet je verder geen meelij mee hebben, want ze hadden ook niet in de auto naar Amsterdam kunnen stappen.
Ik heb jarenlang dagelijks tussen Brabant en Amsterdam met de trein gependeld en de dagen dat de Huishoudbeurs plaatsvond waren die ritten op zijn zachtst gezegd een hel. Hele kuddes Limburgs kleppende enthousiastelingen zijn geen pretje wanneer je nog wakker aan het worden bent en nog een volle dag op je werk te gaan hebt.
De terugweg aan het einde van de dag was zo niet nog erger, al zat daar wel een heerlijk stukje leedvermaak bij. Dan stopte de toch al propvolle forenzentrein op pakweg Amsterdam Bijlmer, en stonden ze en masse klaar op het perron. Bepakt en bezakt met hun huishoudbeursbuit (van die oma-rolkarren propvol gratis samples van pakken soep, keukenpapier, stofzuigerzakken, wasmiddelen en aanverwante zooi) en keken ze verbouwereerd de trein in, vol verbazing dat deze zo druk bezet was. “Kom Wilma, een stuk verder zal vast nog wel plek zijn!” klonk het dan hoopvol.
Waarna het de helft van de aanwezigen niet lukte om met hun vracht de trein in te stappen. “Sjonge-jonge wat een drukte hè, da’s toch nie normaal meer!” klonk het. Misplaatst geklaag, komend uit de kudde huishoudvee die met honderden vanuit de RAI kwamen gedropen.