
Credit: Wiki Commons / Onderwijsgek
Ik kom uit Brabant. Als je uit Brabant komt, ben je in de regel voor een Brabantse voetbalclub. Daar zitten een hoop leuke teams bij. Neem een NAC, een Willem II of, uit mijn eigen stadje, FC Den Bosch. Fijn dat ze bestaan en dat je er als local naar andere locals op het veld kunt schreeuwen, maar verder geen teams van wereldfaam. PSV is uiteraard een bescheiden Brabantse uitzondering op de regel, maar veel verder dan geprolongeerd nationaal succes komen de Eindhovenaren niet. Op Europees niveau is het toch vaak een maatje te klein.
Nee, dan Ajax. Als kind werd er tijdens de potjes voetbal op het pleintje altijd gesteggeld wie Ajax mocht zijn. Dat was in mijn omgeving dé Nederlandse club. In de jaren daarna vond ik Ajax dan weer heel tof, of heel stom. Maar goed, wie helden als Van Basten, Cruijff, Bergkamp, Litmanen en Rijkaard in zijn elftal had, dwingt respect af en kijk je er als voetballiefhebber met een voldane grijns naar.
Ajax bracht het topvoetbal van de lage landen, dat voor mij zijn hoogtepunt vond op die ene voorjaarsavond in 1995, toen Ajax met wervelend voetbal de Champions League won. Nog steeds heb ik die piepjonge Patrick Kluivert op mijn netvlies, die in de slotfase van de match het winnende (en enige) doelpunt scoorde. Tof voetbal om hard voor te juichen.
Daarna zwalkte het een beetje wat betreft mijn gevoelens voor de hoofdstedelijke. Voor mijn gevoel liep de club lange tijd misplaatst naast de voetbalschoenen. Ik proefde iets van borstklopperij, kapsones en daar hou ik niet van. Natuurlijk was het de afgelopen decennia stuivertje wisselen met PSV en Feyenoord om de landstitel. Als Ajax kampioen werd was dat in mijn optiek in veel gevallen niet omdat zij de beste waren, maar omdat andere clubs het sneu lieten liggen.
Tot aan vorig seizoen. Dan zie ik bij Ajax ineens een hoop jonge, frisse gastjes die stuk voor stuk getalenteerde voetballers zijn. Vooral zie ik dat ze plezier in het spel hebben, de gretigheid om te winnen en bovenal een teamspirit hebben die je bij andere teams nogal eens mist. Ze gunnen mekaar écht het beste, zo lijkt het.
Ik ga niet zeggen dat ik nu fan van Ajax ben, maar de manier waarop ze tegenwoordig spelen juich ik toe. Ik hou van mooi voetbal. Wat Ajax gisteren uit tegen Real Madrid liet zien (1-4 voor degene die onder een steen sliepen), overstijgt dat haast. Want vriend en vijand zijn het er over een: dat was pot van wereldniveau.
Met de juiste spirit, sportiviteit en wat geluk trekken die Mokumse schoffies de winnende lijn nog even door. Nooit gedacht dat ik ooit nog het punt zou bereiken dat ik het echt van harte voor ze hoop. Daarom, namens deze Brabander met een jarenlange haat/liefdeverhouding voor hen: hup, Ajax!