Nexit! Het magische woord waarvan de EU-vertrekfetisjist direct een met sperma of kutgeil besmeurd onderbroekje krijgt. Ja, Nexit-geilaards, dat zijn ‘t! Figuren die zichzelf enorm bedachtzaam vinden. Liefst smijten ze met kosten-batenanalyses gebaseerd op de meest gunstige Nexit scenario’s. Zogenaamd doorgewinterde amateur-boekhouders, die klaarblijkelijk nog nooit van het voorzichtigheidsprincipe hebben gehoord. Naast al hun andere principes is daar vast helemaal geen enkele ruimte meer voor over.
Omdat ook Nexit-geilaards stemrecht hebben, moeten we hen serieus nemen. Dat is vast ook de reden dat zij aansturen op een referendum. Maar intellectueel is het héél erg moeilijk om ze niet direct af te schrijven. Nee, veel schrootwaarde heeft de EU-vertrekfetisjist niet en zo’n referendum evenmin.
Maar ja, da’s dan ook de kracht van de democratie. Waar ieder bedrijf meerdere kapiteins op één schip ontwijkt als de pest, vragen we in onze democratie 17 miljoen kapiteins zonder vaarvergunning om de koers.
Te ongeduldig om af te wachten wat de Brexit het Verdeelde Koninkrijk gaat brengen. En blind voor wat het de Brit al heeft gebracht. Inmiddels heeft 20% van de grote bedrijven al een deel van de bedrijfsvoering elders in de EU ondergebracht. En nog eens 12% overweegt om dat te doen. Het is maar goed dat de EU-vertrekfetisjisten niet werkzaam zijn in risicomanagement. De feiten spreken voor zich, maar gevoed door valse sentimenten blijft het onderbuikgevoel – een spastische darm of zo – leidend (/lijdend).
Eigenlijk kennen we allemaal de Nexit-geilaards al van de 13-in-een-dozijn afleveringen van Ik Vertrek. Ongehinderd door enige kennis verlaten stedelingen huis en haard om opnieuw te beginnen met een bed & breakfast in een of ander pittoresk dorp in Toscane. Beheersing van de Italiaanse taal komt niet verder dan ‘vino rosso‘, ‘molto bene‘ en ‘ciao!‘ Geen enkel benul of de beoogde uitbouw op het historische fattoria überhaupt goedgekeurd zal worden door de plaatselijke autoriteiten. De kinderen zijn diep ongelukkig. En bij overmaat van ramp blijkt dat het Toscaanse dorpje jaarlijks door drieënhalf verdwaalde toerist wordt aangedaan, die na een gelato of espresso het uitstapje in Arezzo afblazen en weer terug richting Florence reist (ditmaal via de autostrada).
leuk!