Je kent ze wel. Mensen die te stom zijn om te schijten, maar ons dagelijks ‘verblijden’ met hun ‘o zo waardevolle’ amateuristische mening. Nu denk je misschien direct aan columnisten, maar de meesten van ons verblijden jullie wekelijks. Da’s toch een stuk minder invasief.
Nee, ik heb het over kindloze huisdierbezitters die opvoedadvies geven; elektriciens die het onderzoek van klimatologen afdoen als bangmakerij; en marktkooplieden die een AD(H)D diagnose van een ‘druk kind’ maar onzin vinden. Ik zou nog tientallen voorbeelden kunnen aanhalen, maar ik vermoed dat het plaatje duidelijk is.
Er is een cultuur ontstaan waarin mongolen vrijuit het mondje roeren. Tegenspraak is minimaal door de op sociale media ontstane informatievacuüms. Online verzamelplaatsen voor zwakbegaafden met stemrecht. Waar ongehinderd door enige kennis van zaken de vrijheid van meningsuiting wordt misbruikt.
De laatste tijd moeten de media het ontgelden. Kassières die zo wereldwijs zijn dat zij wel weten hoe de NOS-redactie werkt. Vreemd genoeg hebben zij nog nooit gesolliciteerd op een redactionele functie. Maar ja, mochten zij dat wel doen, komen zij gelukkig niet eens voorbij de selectieprocedure.
Nu is er wel van alles op dé media aan te merken, maar dat heeft vooral te maken met online ontwikkelingen. En dat er allerlei verbeterpunten zijn, doet er niet echt toe. Wat ertoe doet, is dat al deze laag opgeleiden (én zelfs de ongeschoolden) het niet zouden pikken wanneer iemand zonder enige expertise, hen kwam vertellen hoe zij hun werk zouden moeten doen.
Eigenlijk is het héél jammer dat niet alle zwakbegaafden duidelijk herkenbare uiterlijke kenmerken hebben zoals de Jostiband. Hoe lief en aandoenlijk die Downies ook zijn, is er niemand die het ‘advies’ van mongooltjes serieus neemt. Dus waarom nemen we online wel het ‘advies’ van overduidelijk zwakbegaafden serieus? En waarom mogen deze lieden zonder begeleiding hun democratische rechten uitoefenen?