
Bron: Pixabay
Alsof alle gevoel implodeert. Het zuigt zichzelf in een sinkhole en de ziel smelt zichzelf, al brandend, om het skelet heen. Een ondoorgrondelijk gitzwart harnas met een nimmer aflatende honger naar energie.
Het fysieke omhulsel doet wat het moet doen. Enigszins actief. Want een actief regime is van levensbelang, zegt men. Anders verzand je in de modderpoel van duistere gedachtes.
Actief bezig blijven vereist energie. En energie is precies de brandstof die schaars is. Afgetapt door de ziel. Waardoor je als een soort perpetum mobile blijft draaien in een interne tweespalt.
Dat is wat het is. Een burnout. Hoe het voelt. De uitzichtloosheid. Als je alleen bent kan je dat wellicht nog verbloemen voor de buitenwereld. Maar als je in een gezin leeft, zoals ik, dan kan je de klachten niet meer negeren.
Ik zit thuis, met een burnout.
Het werk geeft mij tijd. Maar ze zou graag een deadline afspreken. Want tijd is geld. En ik genereer louter kosten.
Maar werk is mijn minste zorg.
De kinderen zien dat papa slecht gaat. Ze voelen feilloos aan dat papa niet meer kan. Mijn vrouw wil helpen, maar ze weet dat ze niet toegelaten wordt. Vrienden, familie, roepen langs de zijlijn goede raad, maar ze dringen niet door.
De teamspeler is solo gegaan. Zo lijkt het. Hoewel ik nooit een teamspeler geweest ben. Al mijn hele leven fungeer ik solistisch. Ik heb in ieder geval altijd alle gevoel uitgeschakeld. Stress en elke zorg heb ik verbloemd. Zelden heb ik mijn intieme kant met een ander gedeeld. Want hoe meer men van je weet, hoe kwetsbaarder je bent. En mij pakken ze niet.
Ze hebben me ook niet te pakken gekregen. Ik ben door mijn eigen incompetentie in mijn nekvel gegrepen. Ergens in een onbewaakt ogenblik ben ik psychisch knock-out geslagen. De klap kwam vanuit het niets, maar ze was goed raak.
Uithuilen en opnieuw beginnen. Dat dacht ik. Een paar weken herstellen, bijslapen en in de toekomst beter plannen.
8 Weken later raak ik nog steeds volledig in paniek als er een pakketje wordt bezorgd, maar ik zeker een kwartier niet thuis ben, die dag.
Op naar de psycholoog. Leren praten. Uiten van emoties. Mezelf tijd gunnen. Of, eerlijker, mezelf op waarde schatten. De echte waarde.
Dat moet. De wereld draait door. Maar dat hele kleine stukje onder het dak van mijn huis draait pas mee als we samen het rad bedienen. En het rad is roestig.
Ik moet gaan oliën.
Geen goede raad van mij…Alleen een dikke virtuele knuffel. ❤