
Bron: Morguefile.com
Ik dacht: laten we eens gek doen. En sleepte de kinderen mee naar de all-you-can-eat-Japanner voor een avondje sushi-schranzen.
Nu ben ik weliswaar de enige in mijn huishouden die van sushi houdt, maar Simone is gek op zalm, zuig-sojabonen en alle groente-liflafjes (en de toetjesbar) en Nick eet zich altijd ongans in het gefrituurde eetassortiment. Oftewel: vrouw versus man ten top. Geen enkel sushi-schuldgevoel aan mijn kant dus; ze komen allebei echt wel aan hun trekken.
“Een cola zero!” beantwoordt Nick de drankvraag van de serveerster. Ze noteert het zonder een woord op haar iDing.
“Ehm, hebben jullie ook cola light?” vraagt Simone voorzichtig.
Nog voordat het serveermeisje kan antwoorden, zit Nick er natuurlijk alweer bovenop: “Da’s toch hetzelfde? Moeilijk doen, jij!”
“Nee hoor, het smaakt gewoon ánders, toevallig,” piept Simone.
“Onzin. Echt weer vrouwengeneuzel.” En daarmee is voor Nick de zaak opgelost.
Helaas voor Simone heeft het restaurant geen light. Alleen maar zero. “Cassis light dan?” Hebben ze ook niet. “Dan wil ik een ijsthee,” mompelt ze bedremmeld.
Intussen typ ik alweer verwoed op mijn telefoon: ik moet en zal het nu weten. Waarom zíjn die twee cola-varianten er überhaupt? Wat is het verschil? Is er überhaupt een verschil? Volgens mij weten ze dat bij de colafabriek zelf niet eens.
“Ja, gezellig hoor pa! Gaan we eens een keer uit eten, zit jíj alweer met je neus in je smartphone! Dat mogen wíj ook niet!” Nick is wel heel erg irritant assertief vandaag.
“Ik zoek wat op. Over jullie cola-gezeik,” brom ik. Alsof ik me moet verantwoorden.
Maar ziedaar: het is, wat ik al verwachtte, wéér zo’n man versus vrouw dingetje. Light bestaat al sinds 1982, maar werd door de verpakking (lieflijk zachtgrijs) en het woord ‘light’ door mannen niet bepaald goed aangenomen; Light-rommel in pasteltinten was (en is) voor vrouwen. Punt-uit. Dat was oorspronkelijk ook de marketingintentie: vrouwen waren in die tijd nu eenmaal de uitgesproken doelgroep voor light-producten, want slanke lijn en zo.
Later, na de tweede feministische golf in het emancipatietraject, maakte dat allemaal niet meer uit. Die slanke lijn werd duidelijk minder belangrijk. Mannen moesten eerst maar eens naar zichzelf kijken en vrouwen en hun lichaamsvormen met rust laten. Alsof we dat niet allang deden.
Volgens mij lag ‘t eerder aan die overbekende cola-reclamespot, waar een hele rits vrouwen verlekkerd naar een halfnaakte, bezwete, cola light drinkende ramenwasser koekeloert. Dat was zo’n uitslover van een perfecte man, die helemaal geen light nodig had. Waarschijnlijk moest ‘t goedje een soort van Axe-effect bewerkstelligen. Aan het einde cirkelt die ene troela nota bene zelfs met haar vinger rond de flessenhals. Hoe seksistisch en suggestief wil je het hebben? Dat mag tegenwoordig helemaal niet meer!
Maar na verloop van tijd werd het gebrek aan mannelijke aantrekkingskracht voor de cola-marketingafdeling tóch een issue, want de verkoop stagneerde. Er werd zelfs nog even gestoeid met Diet-coke (dezelfde vrouwgerichte insteek), maar dat werkte, behalve op de zenuwen, al helemáál niet.
En toen werd uit pure marketingwanhoop het ‘stoere’ zwarte image met het – blijkbaar – mannelijke woordmerk ‘zero’ ingevoerd. Mét bijbehorende, bombastische, op de oermaninstincten gerichte reclame. Zero. Voor mannen die ‘t allemaal maar niks vinden.
Qua ingrediënten verschillen beide cola’s echter nauwelijks; allebei even ongezond. In light zit een beetje meer citroenzuur, in zero wat meer natriumcitraat. En de samenstelling van de gebruikte zoetstoffen varieert enigszins. Daardoor lijkt zero schijnbaar meer op de echte cola en is light wat ‘lichter’ qua smaak. That’s it.
Verneukeratieve marketing om vooral mannen met bierbuik meer calorieloze cola aan te smeren. Maar wonder, oh wonder: het werkt. De mannen, simpel als ze zijn, stappen ineens massaal over op de nulkilocalorieënvariant, helemaal gelukkig met hun eigen macho-zero.
Enfin. Dat hele man-vrouw-sales-euvel trekt nu dus in levenden lijve aan mijn oog voorbij. De stoere vent nipt vergenoegd van zijn zero en het kleine, bedeesde, aan haar lijn denkende vrouwtje zit te mokken, want er is geen light. Inmiddels heb ik echter totaal geen zin meer om het uit te leggen. Ik smijt mijn mobiel aan de kant en bijt in een magere maki komkommer met extra veel wasabi.
“En, en? Is wél hetzelfde, hè?” zoekt Nick alsnog de bevestiging.
“Nee. Cola light is echt héél anders. Veel lekkerder. En stúkken beter voor je.” Omwille van het vrouwvolk aan tafel wrijf ik de onwaarheden er maar even lekker in. All you can eat, was het toch? Eat that.
Simone fleurt op: “Zie je wel!” Vergenoegd hapt ze in haar inmiddels geserveerde, lichte zalm-sashimi. Nick speelt bedremmeld met zijn gefrituurde octopusringetjes en de zoetzure saus.
Maar waar het op neerkomt: er is in al die tijd gewoon geen ene zak veranderd. De echte man gaat nog steeds voor het kleine, donkere gaatje rondje. En light is voor de kleine meid.
Liegen om de lieve vrede te bewaren; dat heeft het MO-conflict ook nog nooit opgelost.
Oh maar ik deed het niet om de lieve vrede te bewaren hoor. Ik deed het juist om te ergeren. Veel leuker. En het Midden-Oosten zal me wat dit betreft ook worst wezen. Ik zat immers in een Ver-Oosters restaurant.