Volgens Geert Hofstede zijn wij een behoorlijk onzekerheidsmijdend volk. Maar ja, het leven hangt nu eenmaal van onzekerheden aan elkaar. Heb ik volgend jaar nog werk? Is mijn vriendin een psycho die mijn huis in de fik steekt? Wordt mijn kroost geboren met een lam armpje? Staat mijn huis veilig achter een veendijkje in Wilnis? Kom ik terug van mijn vakantie met ebola? Of met mijn laptop en smartphone? Fuck it, kom ik überhaupt terug van mijn vakantie? Ja, levend!
Dus wat doe je dan (want stel dat de pleuris uitbreekt)? Juist ja, je verzekert je. En wat voel je je zeker met die verzekering! Tot je er aanspraak op moet maken.
Tja, helaas is de zekering van een alpinist – zo’n beugeltje, hè – aanzienlijk zekerder dan de bergsportverzekering. Vreemd is dat niet, want een papieren overeenkomst voorkomt niet dat je in een gletsjer flikkert. Dat beugeltje, je harnas, touw en helm kunnen wel schade voorkomen of beperken.
Maar ja, gezien onze onzekerheidsmijdende aard is het niet zo vreemd dat we strenge regels kennen omtrent kansspelen. Al verschilt een verzekering niet zoveel van een casino. Kansberekening is de core business van beiden. En onderaan de streep wint het huis altijd.
Ja, een verzekeringsbedrijf is vooral dat, een bedrijf. Dus zij hebben een winstoogmerk. Zo zorgden verzekeraars er ooit voor dat de huizen van mensen mét een brandverzekering als eerst werden geblust. Sympathiek? Ja, natuurlijk! Ze zijn gewoon niet zo huiverig om geld uit te geven. Ja, een klein bedrag pinnen mag. Soms kost het meer om een claim te onderzoeken dan om ‘m uit te keren. Maar een groot bedrag? Ja, ga er maar aan staan.
Vraag maar aan iemand met letselschade. Tientallen jaren knokken voor iets waar je recht op hebt en nog steeds met lege handen staan, is geen uitzondering. Je zult maar moeten bewijzen dat je die letselschade niet al had vóór het ongeval. Of als je motor gestolen is – uit de afgesloten garage onder je appartementencomplexen en ook nog eens geketend en verankerd aan de muur – krijg je niet eens de kans om de omgekeerde bewijslast over te dragen. Je bent gewoon een fraudeur en jij, je partner plus je meerderjarige kinderen zien maar hoe ze een verzekering afsluiten de komende acht jaar.
Ja, dan wordt het dus acht jaar met het gezin niet meer de straat op gaan. Veel te eng, al die oncontroleerbare acties van andere mensen die wél verzekerd zijn! Al gebeuren de meeste ongevallen in huis. Ja, dáár kun je verzekerd van zijn.
Gelukkig kun je het zo gek niet bedenken of je kunt je ervoor verzekeren. Zo kun je ook een verzekering afsluiten die je helpt wanneer de verzekering niet wil uitbetalen. Dat noemen we dan een rechtsbijstandsverzekering. Maar ja, óók dat is vooral een papieren overeenkomst waar je niet zoveel aan hebt. Want jij krijgt van je verzekering niet zo’n goede advocaat als zijzelf in de arm nemen.
Per slot van rekening heet rechtsbijstand zo, omdat je toegewezen jurist bereid is om op bijstandsniveau betaald te krijgen óf omdat ie verplicht wordt om voor dat bedrag te werken. Kortom, of het reflecteert de kwaliteit, of ze doen jouw zaak met tegenzin.
Nu wil ik je niet aanraden om je niet meer te verzekeren, hoor! Nee, maar dat het, aangeboden door commerciële bedrijven binnen een kapitalistisch systeem, allerminst een eigenaardig (zo niet, zelfs een enigszins bedenkelijk) product is, voor wat in essentie het sociale product pur sang dient te zijn…? Ja, dat wil ik wél zeggen!
Een verzekeraar is als een lekker wijf met dikke tieten, onder een skimasker bij neonverlichting. Enorm verleidelijk als je vergeet te kijken naar het skimasker.