
Bron: Unsplash.com
“Zo denken mannen niet!“ wordt mij door vrouwen vaak toegeworpen, als men erachter komt dat ik voor dit platform tik.
Want vrouwen weten alles beter.
“Ik heb dat nog nooit gedacht,” roept 90% van de mannen. Want zo zijn we; liegbeesten. Zeker als onze partner meeluistert.
Eigenlijk zijn we gewoon bang voor “De Blik”.
Als wij als man betrapt worden tijdens het staren naar een welgevormde bilpartij of naar borsten die strakker naar voren wijzen dan de voorgevel van onze eigen vriendin, worden we getrakteerd op “De Blik”. Woest staande ogen van onze partner, die recht door onze ziel steken. Vol walging en instant haat.
Vaak gevolgd door de memorabele volzin: “Als ik genoeg tijd heb om 12 uur per dag te sporten, ziet mijn kont er net zo strak uit hoor.”
Mannen in een roedel hoeven gelukkig niet bang te zijn voor “De Blik”.
We voelen ons gesterkt in een groep gelijkgestemden. En onze partners zien ons lekker toch niet.
Zo liep ik laatst naar de supermarkt.
Een dame van ongeveer 40 jaar, West-Europees uiterlijk, lange blonde haren en een goed figuur, kwam in mijn richting gelopen. Ze had zojuist wat energiedrank gekocht en van die goedkope shag in een grote rode ronde koker.
Waarschijnlijk was ze op weg naar de sportschool, want ze had een hele strakke en niets verhullende sportlegging aan.
Voor de supermarkt stond een groep schilders.
Ze hadden even pauze, rookten hun sigaretten en dronken koffie uit de automaat van de Gele Grootgrutter.
De groep had het over voetbal. Wat gevloek over club Huppeldepup, wat gemekker over speler Die-en-die.
Totdat de dame hen voorbij kwam.
Het gesprek verstomde en 12 paar ogen staarden per direct naar de achterkant van de blondine.
Ik keek toe hoe alle ogen de contouren professioneel scanden. Ik zag precies welke man een voorkeur voor billen had, want zijn blik bleef steken rond haar middel.
Andere mannen staarden verlekkerd naar de benen in de strakke legging. En weer een andere man trok een lichte grimas bij het zien van haar lange blonde haren.
En één man bleef naar mij staren.
Die kerel heb ik verder genegeerd.
De vrouw was zich donders goed bewust van de starende blikken; geïrriteerd rolde ze met haar ogen.
Toen ze mij voorbij liep, groette ik keurig, als een echte heer.
Ze glimlachte vriendelijk terug. Opgelucht bijna.
Maar toen ik haar gepasseerd was, draaide ik mij om, scande ik haar achterkantje, keek de groep schilders aan en glimlachte goedkeurend.

Photo by Engin Akyurt from Pexels
De heren grinnikten terug. We maakten en passant opmerkingen als: “Daar zou ik hem best in kunnen hangen” en “Die Polen hebben, behalve lekker bier ook verdomd goeie tieten,” en “God kind, wat een leuke jas heb je aan.”
Die laatste opmerking negeerde ik.
Thuis aangekomen vertelde ik trots dat ik nog even heb staan kletsen met een groep schilders.
“D’r zal wel weer een lekker wijf langsgelopen zijn,” siste mijn vrouw woest.
En ik ontving alsnog “De Blik.”