
Bron: pixels.com
Ik was pas achttien. Een moeilijke tijd, want ik wist totaal niet wat ik met mijn leven aan moest. Vlak na mijn verjaardag was ik ook nog eens goedgekeurd voor de militaire dienstplicht, hoewel ik tot op de dag van vandaag niet begrijp waarom. Ik was mager, slungelig, had geen energie en totaal ook geen zin. Mijn vriendenclubje bracht me lol, maar gaf me ook niet de voldoening en het respect waarop ik zo hoopte.
Bijna elk weekend was het feest. Dan bij de één, dan weer bij de ander. We huurden van die jaren tachtig pornofilms, aten heel veel hamburgers, kroketten en andere vette rotzooi en sloegen vooral veel drank in. Te veel drank. Maar je bent tiener of je bent het niet, dus dat hoorde er gewoon bij. En precies dat weekend, waarin ene 40 jaar oude Roger Milla uit Kameroen de sensatie was op het WK-voetbal, had ik de eer een feestje te geven.
Camping
Mijn ouders waren naar de camping, mijn jongere broer was mee dus had ik het rijk alleen. Ze vertrokken op vrijdagmiddag en zouden pas zondag weer terugkomen. Ideaal dus voor een party! Nu wilde het toeval dat maar een paar leden van het vriendengroepje konden langskomen, dus kon ik de schade aardig beperken. Je weet immers maar nooit met dronken opgewonden volgevreten pubers zonder missie. De frituur stond gereed, er lag genoeg in de vriezer om in het vet te kwakken en er was drank. Geen porno uit inmiddels lang vervlogen tijden; we zouden ons met pokeren ook wel vermaken.
Mijn vader had voor vertrek de video ingesteld om een film op te nemen, geen idee meer welke dat was. De jongens kwamen rond een uur of zeven en wilden iets kijken dat uiteraard weer niet via onze televisie te zien was. Voor uw beeld: als je zenders wilde opzoeken destijds, dan ging dat middels het draaien aan knopjes in een bakje aan de voorzijde van het toestel. Een van de gasten vond het dan ook billijk dat even te doen. Diep vanbinnen voelde ik de bui al hangen. De ingestelde video-opname liep spaak en er waren wat vaste zenders van de buis. Dat ging problemen geven. Grote problemen.
Voetbal
Die avond hadden we het best naar onze zin. Veel gedronken en gevreten, maar wel de volgende ochtend weer het mannetje zijn, natuurlijk. Op de fiets naar het park en daar lekker voetballen. ‘Tienen’, zoals het spelletje heette. Eentje op doel, terwijl de anderen wat stuntwerk deden met de bal en trachten (door te scoren) iemand zo snel mogelijk van tien op nul te zetten. Ik was daar niet zo goed in. Kutspel.
Toen we helemaal kapot en moe waren, gingen we weer naar huis. Liefst bleef ik weg, die dag. Ver weg van het vermaledijde huis met die televisie die niet meer was zoals ie gistermiddag nog was. Morgen zouden ze weer thuiskomen. Morgen pas, dus ik had nog de tijd om één en ander te herstellen.
Mijn vrienden begrepen het niet; ik moest me niet druk maken en vooral niet zeiken. Maar ja, zij begrepen niet dat iets dat voor hen zo klein is, voor mij een zo ingrijpende gebeurtenis ten gevolge zou hebben. Mijn vader had er een handje van om kleine, vaak nietszeggende zaken enorm op te blazen en er vooral heel veel stennis over te schoppen. Liefst met het nodige verbale en fysieke geweld. Geen wonder dat ik dat weekend als één van mijn slechtste ooit beschouwde. De zenuwen gierden door mijn lijf. Elke minuut van die zaterdag repeteerde ik hoe ik het zou brengen dat de televisie niet meer was zoals hij was.
Mislukt
Hoewel ik op zondag al sinds zes uur ‘s ochtends getracht had de knopjes van de zenders dermate te bewegen dat niets mijn vader zou opvallen; ik kreeg het niet voor elkaar. Het hele huis was wel keurig. Gestofzuigd, gedweild, de keuken blonk, dus daar zou het niet aan liggen. Nee, als hij binnen zou komen, was alles normaal. Zo op het eerste gezicht was er geen enkele aanleiding mij op welke wijze dan ook onheus te bejegenen.
En toch gaf het me geen enkele rust. Die rottige televisie ook! Waarom moesten ze nou aan die zenders zitten? Het enige dat ik die middag wilde, was de wedstrijd van Kameroen tegen Engeland zien. Het was nota bene een kwartfinale, dat maakte het extra bijzonder. Diep in mijn hart wist ik al dat het dat niet zou worden. Voor mij geen televisie meer.
De hele ochtend bereidde ik me voor. Hoe bracht ik het zonder alle ellende over me heen te krijgen? Hoe hield ik die party buiten schot, ook al was daar helemaal niets meer van te zien, want we hielden het altijd vrij netjes ondanks de drank en het gevreet. Ik hoorde de sleutel omdraaien, evenals mijn maag.
Het “daar zijn we weer!” van mijn moeder, gevolgd door het “pa, ik moet je wat uitleggen” van mij. Van een glimlach bij een fijne thuiskomst naar de hel in tien seconden, dat kon in ons gezin heel goed. Hij behoefde geen uitleg, ik had de televisie gemold. Ik deugde nergens voor en liet me altijd opnaaien door die zogenaamde vriendjes van me. Tuig was het. Een voet in mijn maag, een elleboog op mijn rug, een stomp in mijn nek. Huilen kon ik niet eens, ik wilde mijn zwakte niet tonen aan deze kampbeul. Ik zat op mijn kamer en kon en mocht er niet meer af. Om een pleuris-televisie.
2-3
Ik had een radiootje met koptelefoon. Mijn wonden likkend lag ik op bed en luisterde naar het verslag van de legendarische wedstrijd Kameroen – Engeland. Dat laatste team kwam voor, in de tweede helft had het eerste team een voorsprong, mede door de verdiensten van de oude Milla die was ingevallen.
In de slotfase werd het gelijk en volgde een verlenging. Genieten kon ik niet, liever had ik de wedstrijd live gezien en de pijn van de vernedering zat me ook veel te diep. Die blauwe plekken gaan wel weg, het gedrag van mijn verwekker (vanwege een televisie) was voor mij niet te vatten. Het idiote was dat hij vijf minuten nadat ik richting mijn kamer was getrapt, alle zenders weer op orde had. De zak.
Engeland maakte de winnende treffer in de verlenging en ging door naar de halve finale. In Kameroen huilde men, maar of dat wellicht toch een beetje van geluk was, ik wist het niet. Wat een sensatie. Een complete Afrikaanse natie die zo trots mocht zijn op haar mannen. Helden. En ik? Ik wilde eigenlijk gewoon dood.