“Leve de lockdown!” roept de man die al weken, zo niet maanden niet op zijn werk is verschenen. En zo ziet hij er ook uit, tegenwoordig. Compleet zichzelf, zonder bemoeienis dan wel bijval van een partner, kapper of stylist. De afgelopen maanden transformeerde hij van een man die normaliter let op de kleding die hij naar zijn werk draagt naar een doorgewinterde thuiswerker. Naar buiten gaat hij enkel zoals de maatregelen het opdragen: uitsluitend als het nodig is.
De wekelijkse boodschappen laat hij bezorgen, net als het avondeten. Niet elke dag, maar vaker dan hij deed toen alles nog normaal was. Hij komt buiten om een ommetje te maken, om een stuk te gaan fietsen of om de kliko aan de straat te zetten. Maar verder? Niets. En zo is hij langzaam veranderd van een man met een doorsnee uiterlijk in een man met een verwilderde bos haar dat hij af en toe bijeen bindt in een man-bun.
Een man met een overtuigende snor en een baard, waar hij altijd gladgeschoren door het leven ging. Waar overhemden steeds vaker plaatsmaakten voor T-shirts en longsleeves. Oude shirts, ergens opgediept vanonder uit de kast. Shirts die hij al lang niet meer had gedragen, maar ondanks de extra kilootjes nog prima pasten. Vergeten shirts met rare slogans als ‘LITTER – IT CREATES JOBS‘, of die hij in 2005 kocht bij een concert van Metallica.
Hij loopt vrijwel dagelijks rond in een joggingbroek. Zo een die eigenlijk al in de was had gemoeten, maar die ondanks een enkele knoeivlek – was het Cup-a-soup, of instant noodles? – toch nog een dagje mee kon. Want zeg nou zelf: wie ziet die vlekken nou?
Nee, je kon niet zeggen dat je hem zou herkennen als je hem al kende. Daar was hij qua uiterlijk inmiddels teveel voor veranderd. Maar ook van binnen voelde de man zich anders. Want al die opgedroogde sociale contacten maakten hem eenzaam, doch niet alleen. Het maakte hem sterker, zo dacht hij. In het wekelijks videobelrondje langs wat vrienden en familie was behoorlijk de sleet gekomen en aan social media had hij eigenlijk altijd een broertje dood gehad. Hij zat er niet mee, met die schijnbare verwaarlozing van contacten.
In al die weken was hij gekomen tot, wat hij noemde, zijn Nieuwe Ik. Het stelde hem in staat om te worden wie hij eigenlijk was. Het totale gebrek aan invloeden van buitenaf maakte datgene mogelijk wat hij daarvoor niet tolereerde. De snor, baard, het knotje op zijn hoofd en de ultra-comfortable kleding waren hier om te blijven. Het nieuwe normaal zou gepaard met zijn Nieuwe Ik.
Het was de wedergeboorte waar hij al jaren onbewust naar zocht. Nou nog naar buiten.