
Bron: Pixabay.com
Corona kabbelt voort, ook in de delta tussen de Rijn en de Maas, waar alles trager stroomt. Miljoenen mensen werken vanuit huis als dat kan, alles gaat eerder dicht. De donkere lucht wordt gereflecteerd in de lege etalages en de desolate kroegen. Met het verdwijnen van de warme zomer, komt ook de realiteit harder binnen, net als de koude herfstwind. Dit gaat nog even duren. De winter is lang en grauw en de nachten duren steeds langer.
Op straat is het leeg, de parken zijn alleen vol als het niet regent. Er wordt gesport zonder publiek. Het landje, gemaakt van slib uit de beide rivieren, wordt bewoond door mensen die overal over klagen, dus ook over de maatregelen die volgens de regering nodig zijn het virus in te dammen. Maar blijkbaar zitten de kerken nog wel vol.
Crisis Management is een vak apart en hoewel ik aardig om kan gaan met risico-mitigatie, heb ik dit nog nooit op het niveau van een natiestaat gedaan. Mijn ambitie ligt daar ook niet, ik ben tenslotte geen dansleraar. Er is wel wat opvallends aan de hand, in het land waar iedereen op papier gelijk is. Dat is de positie die gelovigen innemen. Keer op keer worden er voor een groep Nederlanders aparte regels bedacht. Een uitzonderingspositie ingenomen. Zo ook tijdens deze pandemie.
Wat de regering ook in al haar wijsheid beslist, ze laat een loophole open voor alle evenementen. Zolang je ze betitelt als een religieuze bijeenkomst, zijn er aangepaste regels. Dan mag er meer. Dan zijn de regels anders. Wat op zich vreemd is omdat alle Nederlanders gelijk zijn, ongeacht geaardheid, ras of religieuze overtuiging.
De gelovigen zijn gelijker dan de anderen. Zoals Orwell het ooit beschreef in Animal Farm; all animals are equal was het credo na de revolutie. Dat verandert al vrij snel in All animals are equal but some are more equal than others.
De grenzen van de godsdienstvrijheid worden al een tijdje bewust opgezocht door een groepje mensen dat hiermee de aangepaste regels voor religie ridiculiseert: de kerk van het vliegende spaghetti-monster. Deze ‘kerk’ is ooit ontstaan nadat er een discussie ontstond over religieus onderwijs in de VS. In Nederland is er ook een groep actief, nou ja actief is een groot woord.
Persoonlijk ben ik wel gecharmeerd van de pogingen om de uitzonderingspositie die religie al jaren inneemt, te ridiculiseren door zelf een genootschap op te richten en dezelfde rechten te claimen. Het systeem van binnen uithollen. Geen misbruik maken van de regelingen die er zijn, maar juist de regelingen gebruiken om de positie nog sterker af te zetten. Zodat een ieder zelf kan bepalen of dat normaal is.
Op zondagochtend kwamen er in de pre-corona-tijd nog wel eens Jehova-Getuigen aan de deur. Zondagochtend vroeg zaten we vaak op de bank van mijn studentenhuis Formule 1 te kijken. Een van mijn huisgenoten deed de deur open, met een stevige kater, en antwoordde op de vraag of hij God al kende: “Ehr... die woont hier niet meer, geloof ik.”