Coldplay is stom. Vind ik. Irritant geplingel is het, begeleid door een stem die net zo vaak overslaat als een terecht grijsgedraaide lp van Pink floyd.
Coldplay is de Croc van de muziekindustrie, wat ik je brom. Óf je loopt er mee weg, óf je moet al kotsen als je het langs hoort komen.
Luister maar eens goed naar liedjes Coldplay. (Doe dat overigens niet als je al suïcidaal bent, ik waarschuw je maar vast). Je zal ongetwijfeld de conclusie trekken dat ieder nummer op elkaar lijkt, vooral vanwege het oeverloos saaie en vreselijk in het gehoor liggende gekrakeel van de frontman Chris Martin. Die vermoedelijk thuis een hele kleedkamer vol Crocs heeft.
Deze Chris ziet eruit als Neil Pye uit The young Ones, maar dan zonder haar. Zo’n aftandse hippie met van die bau kelek vlekken in zijn gebatikte shirtje. En zo zingt hij ook. alsof hij de lieve vrede wil bewaren; net niet vals.
Met z’n spleet tussen z’n tanden. Bahbah.
Vaak verblijdt coldplay de wereld met clips bij hun herrie. Dan zie je bijvoorbeeld mal dansende aapjes. Of, nog erger, heel ergens in de verte, diep verscholen achter het ego van Coldplay, Byoncé. En kirrende, wereldverbeterende meisjes van nog maar net achttien zetten die overdaad aan kleurenfilmpjes op play and repeat. Want oh, wat is de boodschap prachtig. Sop, sop.
Nee hoor. De boodschap is niet prachtig. D’r ís namelijk helegaar geen boodschap, behalve dan dat de wereld een beetje beter wordt als je begint met naar jezelf te kijken.
De wereld wordt wat mij betreft een stukje beter als Coldplay gewoon ergens in een schuurtje op de hei hun muzikale kots uitspuwen, met nergens WiFi of opnameapparatuur. Laat ze stikken in hun eigen braaksel, zoals verslaafde hippies dat wel vaker doen.
Want, en dat mag best nog eens gezegd worden, Coldplay is stom.