
Fotobron: Pixabay.com
Alles draait om keuzes maken. Zoals nu. Even geld pinnen uit de automaat. Zal ik een tientje pinnen of meteen maar tweehonderdvijftig euro’s? Niets pinnen had ook gekund. Had ik dat nou maar gedaan…
Aangezien mijn eigen bank (in het kader van “aan service heeft nog nooit iemand geld verdiend”) is weggegaan uit mijn woonplaats, moet ik bij de concurrent pinnen. Toch maar meteen tweehonderdvijftig euro’s.
Een mens moet in het groot denken, dat bevordert de doorstroming van de rechter hersenkwab waardoor het oplossen van kruiswoordraadsels weer een peulenschil wordt. Daar moet je niet te lichtzinnig over denken.
De pinpas zoeft ontspannen naar binnen en ik toets even ontspannen mijn pincode en het bedrag in.
Kaart komt er weer uit. Het geld niet! In plaats daarvan de mededeling dat er een storing is. Daarna de mededeling: “Gelieve uw kaart niet in de gleuf te doen”. Nog steeds heel ontspannen.
Ik ga de bank binnen en leg de situatie uit. “O, geen zorgen, Paco, de automaat registreert dat je geen geld hebt gehad dus dat komt allemaal goed,” zegt de bankmeneer. Ik ken hem nog van onze gezamenlijk gevolgde cursus ‘lekkende aura’s plakken’, dus krijg ik niet meteen per se méér vertrouwen in zijn belofte.
”Onze techniek werkt altijd uitstekend, dus geen zorgen,” zegt hij op een gezellig keuvelend toontje waaruit blijkt dat zijn lekkende aura kennelijk weer geheel is dicht geschroeid.
“Weet je dat zeker?”, vraag ik nog steeds ontspannen.
“Haha, die Paco! Nee hoor, je hoeft je geen zorgen te maken.”
Tja, er wordt wat afgelachen in de geldindustrie…
Thuis gekomen ga ik toch maar voor alle zekerheid op internet mijn bankrekening nakijken. En ja hoor. Tweehonderdvijftig euro’s afgeschreven!
De volgende dag direct terug naar de bank. De bankmeneer van gister kijkt mij vragend aan. Zo te zien herkent hij mij deze keer niet of doet hij net alsof, dus stel ik mij netjes voor: “Dag meneer, ik ben haha die Paco, die zich geen zorgen hoeft te maken. Dezelfde Paco van gisteren en van die dag dat wij de cursus aura plakken volgden.”
Hij kijkt mij aan zoals iemand kijkt die een kat met iets onduidelijks in zijn bek ziet binnenwandelen, dus laat ik hem snel mijn afschrijving zien.
Ik wil om nadere uitleg vragen maar hij wordt gebeld, dus wacht ik even.
“Een veulentje geboren?” roept hij lachend. “Gefeliciteerd! Alles goed met moeder en kind?”
Hij lult nog een tijdje door over inentingen, milieu-veilig hooi en paardenbiefstuk medium gebakken waarna hij de verbinding verbreekt.
“Geestig hè? Mijn zus heeft een veulentje gekregen.”
Ik kijk hem aan: “Tja, erg geestig inderdaad. En met alle respect voor de seksuele voorkeuren van je familie hoor, maar hoe zit het met mijn tweehonderdvijftig euro’s?”
Hij staart mij secondelang bewegingsloos aan. Daarna schudt hij vertwijfeld zijn hoofd en kijkt snel naar mijn dagafschrift: ”Tja, raar hè?” zegt hij.
“Nou ja, dan moet je maar naar je eigen bank gaan om dat geld terug te halen.”
Bij zo’n opmerking houd ik het niet droog, maar er tegenin gaan heeft al helemaal geen zin.
Dus buig ik mij naar hem toe en fluister: “Zeg, even heel wat anders en alleen maar uit nieuwsgierigheid hoor, maar had je zus veel hechtingen nodig? Ik bedoel maar, zo’n veulen is toch…”
Zonder mij te laten uitspreken draait hij zich om en loopt naar zijn kantoor.
Een kwartier later rijd ik naar mijn eigen bank, vijftien kilometer verderop en leg ook daar de situatie uit.
“Tja”, zegt deze bankmeneer. “Kan gebeuren. We zullen even een paar formulieren invullen en deze opsturen naar het hoofdkantoor. Daarna hoort u het wel.”
“Als jij die tweehonderdvijftig euro’s nou eens gewoon aan mij betaalt en de rest met je hoofdkantoor regelt”, probeer ik wanhopig.
“Sorry meneer, de regels hè… Maar u hoeft zich geen zorgen te maken hoor. U krijgt uw geld echt wel terug.”
Tweehonderdvijftig euro’s. En dan zo moeilijk doen: “Vertel eens,” vraag ik. “Hoe heet dat nieuwe beleid van jullie ook alweer? Was dat niet Management by fooling around?”
Hij lacht mij in mijn gezicht uit en weer valt het mij op dat het allemaal draait om keuzes maken.
Een stoel die ik over de balie kan smijten, is daar een kenmerkend voorbeeld van. Ik kan ook gaan schreeuwen tot ik paars zie. En ik kan nog heel veel andere schadelijke dingen doen. Ik kan ook helemaal niets doen.
Fascinerend dat ik uiteindelijk niets doe en maar aan één ding kan denken: Hoe zou het toch met moeder en veulen gaan…?
Toch benieuwd of jij ooit nog maar ene cent daarvan terug ziet. Misschien dit jaar nog?
Dat veulentje…! Goed stuk Paco en ook mooi ‘afgehecht’..
Dank je wel
Waarde Paco, mede absurdist. Heb de pinautomaat gleuf virus laten onderzoeken door onze prof.dr.mr.ir. R.Leijdecker van het O.I.L (1955) u welbekend. Uit het onderzoek blijkt dat het bedrag uit de gleuf stak en de intake persoon inmiddels bekend is. De man met gleufhoed komt uit een naburig dorp en werkt als gleufinspecteur achtergelaten biljetten. Zijn villa staat bekend als Het Gleufpaleis ‘ Krek wa ik wou’ staat op de voorgevel, maar dat terzijde. Het advies aan u om de man met de gleufhoed te bezoeken in grand café The Money Taker, sinds 1798 ! Hij verwacht u bij het pinautomaat aan de gevel van dit café, maar pas op. De man is extreem op geld belust.
moeilijk gaat dus ook
althans dat hoop ik voor jou
groeten