Zo’n zestig duizend jaar of meer geleden
Over de droge bodem van de zee
Liep Krijn hij droeg een knuppel met zich mee
Hij had daarnet een everzwijn bestreden
Het beest geslacht daarna de huid gevild
Om later op zijn blote bast te dragen
Want toen had je nog echte koude dagen
En bovendien werd er ook niets verspild
Zijn vrouw zat op een pol in het moeras
Onder een rieten afdakje te wachten
De kinderen liepen naar vlees te smachten
En gromden wanneer vader er weer was
Die bleef nog even op de vlakte dralen
Want thuis was het gewoon vaak veel te druk
En morgen papadag, dan was ie stuk
‘Nee, laat ze maar naar de Neander talen’
Het light verse werd geboren in die zin
En daar zag Krijn de humor wel van in