Kittige Karin met haar kekke korte kapsel zit bij een feestje. Hongerig knabbelt ze aan de zoute pinda’s, en aan de kaasstengels. Straks komt er nog leverworst en kaas, heeft ze net van de gastvrouw gehoord. Karin is in haar nopjes.
Karin heeft niets met al dat buitenlands voedsel van tegenwoordig. Olijven enzo. Bahbah. Of die Japanse zoutjes, waar dan af en zo’n pittige tussen zit. Welke gek serveert zoiets op een feestje? Maar waar Karin helemáál een hekel aan heeft? Biologische vrouwen. Van die gastvrouwen die wortels en bleekselderij in een glaasje op tafel zetten, met zelfgemaakte groentedip er naast. Ze is toch potdomme geen konijn?
“Jij nog wat drinken, Karin?” Ze schrikt op uit haar gemijmer. “Doe maar een pilske. De vijf zit vast wel ergens op de wereld in de klok, hahaha!” Trots kijkt ze de kring rond. Wát een grap! Maar het blijft angstvallig stil. “Of doe anders maar een jenever ofzo, ik doe niet moeilijk als het om alcohol gaat, hahaha!” Gooit Karin er nog een schepje bovenop. Malle meid dat ze is.
Doodse stilte.
“Je weet dat je op een kinderfeestje bent?” fluistert haar buurvrouw. “Juist daarom. Ik moet mezelf wat verdoven om dat gekrijs van die kutkinderen aan te kunnen,” fluistert kittige Karin terug, net iets te hard. Wederom wordt de ruimte gevuld met een oorverdovende stilte. Karin kijkt de kring aan. “Ja toch?” grinnikt ze, “ff een sjekkie roken.” En ze stapt richting de tuin.
“Ehm, Karin,” begint de gastvrouw, “Ik heb liever niet dat je in de tuin gaat roken. Ik bedoel, de kinderen spelen daar.” Woest kijkt Karin haar aan. “Moet ik dan Godverdomme op de maan gaan roken, stomme kut?”
En dan komt de nieuwe vriend van de gastvrouw de tuin in gestampt.
“Dat lijkt me een heel goed plan Karin. Vergeet je je jas niet als je gaat?”
Niet veel later loopt Karin terug naar huis. “Wat een stom feestje,” denkt ze bij zichzelf.
Ik vind jouw Kittigw Karin stukjes zo leuk! Ben benieuwd wie/wat jouw inspiratiebron is. En de ‘#^@%@& is a Bitch’ heel ontroerend.
Ga zo door Gabber!