
Bron: unsplash.com
“Sorry,” zegt de kassière in de supermarkt. “Ik ga dicht. Koffiedrinken.”
“Oké,” antwoord ik en maak aanstalten om naar een andere kassa te verhuizen.
“Wat nou, oké?” roept de klant achter mij. Hij draagt een T-shirt. ‘Believe in Jezus… or else...’ staat er op zijn rug. “Niks oké! Je kunt ons toch best nog even helpen?” roept hij boos. “Waarom vraag je niet om vervanging van een collega?”
“Omdat zes collega’s ziek zijn en wij ook nog een personeelstekort hebben,” zegt ze moedeloos. Ze sluit de kassa en loopt weg.
“Waarom geef jij zo snel toe, met je oké?” vraagt de boze klant aan mij. “Dat enge wijf had ons nog best kunnen helpen.”
“Ach,” zeg ik terwijl ik naar een andere kassa loop, het is wat het is.”
“Het is wat het is? Het is wat het is?” roept hij. “Dat zweverige zinnetje hoor ik steeds vaker. Alsof je meteen opgeeft. Alsof je meteen je hoofd laat hangen als iemand jou onredelijk behandelt.”
“Onredelijk?” vraag ik. “Die kassière was toch duidelijk? Zes mensen ziek en niet genoeg personeel. Wie weet hoe lang zij daar al achter de kassa zat. Mag ze dan ook even pauzeren?”
“Nee, dat mag ze niet,” briest hij. “Dit geintje kost mij minstens een half uur. Ik heb wel fokking wat anders te doen.”
Ik kijk hem even aan. “Wie weet hoeveel ellende je jezelf bespaard hebt nu je een half uur vertraging oploopt. Wie weet wat er gebeurd zou zijn als die kassière je wél had geholpen en jij nu de deur uit zou lopen. Misschien zou je bij het oversteken naar de parkeerplaats zijn aangereden door een te hard rijdende auto met iemand achter het stuur die op zijn mobieltje zit te swipen. Kan zomaar gebeuren toch? Swipen is tegenwoordig, na ademhalen, de tweede levensbehoefte geworden.”
Hij kijkt mij aan. Ogen opengesperd. Alsof hij ineens Napoleon op een op hol geslagen knol de Arena in ziet galopperen. Zijn mond hangt open in totaal onbegrip. Hij zegt niets meer en loopt hoofdschuddend weg.
Tien minuten later ben ik alsnog aan de beurt bij de kassa. Ik gebruik mijn pinpas: ‘Uw saldo is niet toereikend.’
Mijn adem stokt. Woorden die nog nooit iemand in de bijbel tegenkwam en ook nog op een politiek-correcte lijst staan van woorden die echt niet meer kunnen, op straffe van levenslange canceling, schieten bij mij spontaan omhoog. Mijn bloeddruk stijgt minstens een paar punten.
Ik kijk verslagen door het raam naar buiten. Buiten giert op hoge snelheid een auto voorbij. Op het zebrapad zie ik een man oversteken. ‘Believe in Jezus… or else…’ staat er op zijn rug te lezen.
Jezus is nu eemaal de weg, ook als er geen weg is.
Nu een pilletje nemen tegen te hoge bloeddruk. Dat doet wonderen.
Het is wat het is 🙂
Die ene citroen die je kocht was natuurlijk net de druppel van het tekort op je pinpas.
En die voorziene geest met die overstekende zuurpuim …. #Gniffelt