
Bron: Photo by hotblack at Morguefile.com
Dinsdag wasdag. En ik ben weer eens alle handdoeken kwijt. Geen schone meer te vinden, maar ik weet waar ze gebleven zijn: in de kamer van Simone. Zij verslindt handdoeken. Vanwege haar harenwasmanie, die weer een gevolg is van haar haarmaskerfetisjisme. Ze maakt haarmaskers van werkelijk álles wat ze in de koelkast kan vinden.
Getergd stamp ik op de late ochtend naar Simone’s kamer. Alwaar het – zoals gewoonlijk – een janboel van jewelste is. Overal liggen natte handdoeken (met haarverfvlekken), wattenstaafjes, lichtbruin gekleurde stukjes toiletpapier (ik neem aan bruin van haar foundation), smerige glazen met onbestemde inhoud (zoals verrotte muntblaadjes) bordjes met beschimmelde stukjes van iets wat in de verte nog lijkt op brood, en meer. Ik stop alles wat op afval lijkt in haar reeds overvolle prullenbak, ruim hier en daar wat op en graai de handdoeken bij elkaar.
Als ik de laatste vuile vaat verzamel, zie ik het. Daar, openlijk op haar bureau. Een pillenstrip. Met één leeg (!) pillenbubbeltje in het midden. Zulke pillen ken ik. Die zijn voor de morgen erna. Voor als je een stom rund bent geweest en met wat anders dan alleen vuurwerk gestunt hebt. En ik weet inmiddels dat zij en Tjerk het doen. Ze is niet voor niks aan de (gewone) pil, hoe jong (té jong!) ze ook is.
Maar zou ze dat ding dan echt vergeten zijn? En dan nog, je doet het toch ALTIJD met condoom? Zeker als je ‘t doet met van die losgeslagen, stampende rampetampende stieren als Tjerk? Springt mijn bloedeigen dochter echt zó slonzig met haar buik om?
Ik kijk naar de één-pil-strip en googel het ding voor de zekerheid nog maar eens op mijn telefoon. Bevestiging. Hoe komt ze er überhaupt aan? Gewoon zelf gehaald bij de apotheek? En wanneer heeft ze hem dan geslikt? Ik weet dat ze afgelopen weekend bij hem was, dus gisteren? Maar zoiets merk je toch? Misselijk, krampen en zo? Minutieus leg ik alles terug op de plek waar ik ‘t vond.
Wat nu? De razende vader uithangen, of toch wat subtieler te werk gaan? Eerst maar eens flink doorademen, de was erin stoppen en boodschappen doen. Bij de drogist blijf ik voor het schap met condooms staan. Zoveel keus, en dan nog zo dom zijn… verbijsterend. Wat zijn die dingen trouwens duur. Ik flikker een knalrode doos kapotjes in mijn mandje, want ik weet nu hoe ik ga reageren. Thuis leg ik de doos op haar bureau, met de lege blister erbovenop. En straks, als ze thuiskomt, doe ik alsof er niets aan ‘t handje is.
Op het moment suprême zit ik op de bank in de woonkamer en doe alsof mijn neus bloedt.
“Alles oké, Siem?”
“Ja, hoor! Alles prima. Hoezo?”
Zonder mijn antwoord af te wachten, vreet ze eerst uitgebreid de koelkast leeg (zou ze toch voor twee eten?), maakt een grote kop thee voor zichzelf (en vraagt niet of ik ook wil) en sloft de trap op, naar haar kamer.
Ik luister gespannen.
Dan hoor ik iets dat klinkt als “oempff…”
Bingo.
Heel zachtjes komt ze de trap weer afgeslopen.
“Eh… pap? What the ef…” Ze kijkt me ongemakkelijk grinnikend aan, de rode doos omhoog houdend.
“Ah! Ja. Die heb ik maar even voor je gekocht. Lijkt me handiger en bovenal stukken gezonder dat je die gebruikt, in plaats van elke keer weer zo’n hormoonbom,” zeg ik zo nonchalant mogelijk.
“Jij bent gek…”
Hoor ik daar iets van opluchting in haar stem? Ze komt naast me zitten. “We gebruikten wel condooms, hoor paps, want ik was de pil vorige week weer eens vergeten. Ja, stom. Weet ik. Maar de eerste knapte…”
“Gos, wat wil je ook met zulke nagels,” mompel ik. Ze hoort het niet.
“…En toen we het merkten, hebben we er wel meteen een nieuwe om gedaan, maar jij zegt altijd dat alle vrouwen in onze familie zo gigantisch vruchtbaar zijn dat ze alleen van even lief aankijken al zwanger worden. En mama zegt dat ook steeds. En toen werd ik dus wat onzeker en leek het me verstandiger om toch maar voor een keer zo’n pil te slikken, in plaats van dat jij opa wordt…”
Ik voel nu toch wel enige trots opkomen. Ze ís helemaal niet dom! Integendeel. Ze was dit keer juist best verstandig.
“Dat vind ik dus echt keigoed van je, meiske. Ik dacht even dat je gewoon oerstom bezig was geweest, maar je hebt ‘t juist heel goed gedaan zo. Opa Denis, de horror…”
Nu lacht ze voluit, overduidelijk enorm opgelucht.
“Nou, bedankt hè, voor die condooms! Als je er een keer eentje wilt lenen, moet je maar roepen, gekke pa van me!”
“Ow yeah.”
Not.