Wat kunnen wij mannen ervan genieten. De eerste van de dag bij een bakkie koffie. Eentje na het eten, onderuitgezakt in de tuin of na de seks. Het zijn van die momenten waarop we het verlangen niet kunnen weerstaan. Dat is slecht, we know, want roken schittert nu eenmaal in het illustere rijtje der ongezonde traktaties.
Die traktaties zijn onvermijdelijk. We worden er de hele dag mee geconfronteerd. Is het niet door het vochtige groene flesje op de zuil van het bushokje, dan wel door de peuk in de mond van heer Shelby in de Netflix-serie Peaky Blinders. En laten we die talloze billboards naast de gele M ook niet vergeten. Hoe ze het doen, geen idee. Maar ze pakken je elke keer weer bij de ballen.
Toch, steeds als je getriggerd wordt, weet je dat het woord ‘gezondheid’ op de keerzijde van de munt staat. Je kan het beter niet doen en het mag in ieder geval een tandje minder. En dat geldt ook voor die geldverslindende pret-staafjes.
Een van onze redacteuren, die de lust al meerdere keren voor onbepaalde tijd heeft overwonnen, trapt er toch steeds weer in. “Nu ben ik echt gestopt”, zegt hij met een apparaat in zijn hand; zo’n ding waarmee je mensen, als een stoomlocomotief, door de winkelstraat ziet lopen. Als je er toevallig achter wandelt, rollen de kauwgomballen via je neus over je tong.
“Nee… dit is geen schoorsteen voor die zoete goedjes”, merkt hij scherp op terwijl hij de rest van de redactie met argwaan naar het apparaat ziet kijken.“Het is een vaporizer. Er gaat niet eens tabak in. Ik heb nu een halve kruidenwinkel bij me”, zegt hij lachend.
Nu weten we dat hij behoorlijk groene vingers heeft en zelf ook wel eens fijne groene kruiden in de tuin heeft staan. En ja hoor, zodra een van ons dat ding vastpakt, ruikt het meteen naar de coffeeshop.
“Zit je nou de hele tijd wiet te roken met die vaporizer van je?” vraagt onze hoofdredacteur.
“Nee, voor overdag heb ik bijvoorbeeld damiana. ’s Avonds damp ik inderdaad wel eens wat lekkers. Dan is het een wiet vape”, zegt hij met een grijns. “Onderweg hier naartoe had ik nog een dampie.”
“Hoezo ben je dan zo blij dat je dit doet in plaats van je peukies?”
“Het schijnt dus stukken minder slecht voor je te zijn dan roken”, lacht hij trots.
We hebben natuurlijk even gekeken of dat waar is – en wat blijkt? Dat dampen heeft zo zijn charmes. Het blijkt echt beter voor je te zijn omdat je niks verbrandt en er in veel van die kruiden geen nicotine zit. Daarnaast vinden wij van HoeMannenDenken je ronduit een aso als je bij kinderen in de buurt staat te paffen, maar dat dampen blijk je dus veel minder te ruiken. Ook kan het bijna geen kwaad voor een ander die in de buurt staat. Goede zaak, die vaporizer van onze redacteur.
Onder het genot van een biertje en zeven schaaltjes bitterballen hebben we het even later, ironisch genoeg, over zijn nieuwe “gezonde” manier van zichzelf trakteren. Over dat zijn wiet vape ’s avonds elke keer leeg is als hij even wil dampen en het niet hetzelfde is als zijn ouderwetse peuk.
Zo zie je dat, hoeveel charmes een alternatief ook heeft, je altijd gevleid wordt door je oude, ongezonde traktatie.