
Bron: Photo by hotblack at Morguefile.com
“Argh! Ik word niet góéd van mijn mobiel! Kloteding doet het voor geen meter!”
“Nee, vind je het gek, met zulke nagels. Daarmee kan geen mens fatsoenlijk op kleine beeldschermpjes typen.” En ook geen condooms omdoen, denk ik er stilletjes achteraan.
“Pff. Daar ligt het niet aan. Hij reageert gewoon nergens meer op. Ding is vol. Het is een monster.”
Dat monster is de (zwaar mishandelde) Samsung die Simone twee jaar geleden voor haar verjaardag kreeg. Door mij uitgekozen, want eigenlijk wilde ze een iPhone. Maar die vond ik veel te duur. Wie betaalt er nu duizend euro voor een telefoon? Ik niet. En ik heb het gewoon niet op die elitaire, gehypete iMobieltjes. Dus kreeg ze, zeer tot haar spijt, toch weer een Android. Vervolgens moest ik de foon inrichten, want zij wist écht niet hoe dat moest. Had ik haar maar een iPhone moeten geven, dan had ze het vást wel zelf gekund.
Ik zucht maar eens en wijd mij weer aan de jaarlijks terugkerende sinterklaas- en kerstcadeaustress. Geen idee wat het dit jaar moet worden. Geen zin in ook. En dan bedenk ik me dat ik me er dit keer heel makkelijk vanaf zou kunnen maken. Als het kindervolk nieuwe mobieltjes wenst, dan is dit daarvoor het uitgelezen moment. De volgende verjaardagen en kerst moeten dan maar iets kariger uitvallen.
“Maar dit is wel de allerlaatste keer dat ik voor jullie mobieltjes dok! Eventuele volgende foons mogen jullie zelf financieren. En jullie kiezen dit keer zelf maar. Ik betaal 400 euro. Zat voor een prima mobiel. Mocht ie duurder zijn, betaal je de rest aan mij terug. Want na deze ongein ben ik voorlopig blut.” In één klap klaar voor alle feestdagen. Weliswaar een beetje erg ver voor de kerst, maar who gives a shit. Sinterklaas is er vast ook blij mee.
Simone ziet eindelijk haar iPhone-kans schoon en huppelt van pure voorpret al door ‘t huis.
“Eindelijk, eindelijk! Weg met die kut-Samsung!” joelt ze.
Nick interesseert het hele nieuwe mobiel-gedoe geen bal: zijn zes jaar oude Huawei doet ‘t nog prima. Enig manco: het is een spionerende Chinees. Daar wil hij toch wel graag vanaf.
En zo geschiedt het. Op Black Friday. Wat qua prijs geen zak uitmaakt.
Op hun instructies bestel ik twee telefoons die niet verschillender kunnen zijn. Als de bezorger de volgende dag tegen etenstijd aanbelt, rukt Simone het minuscule pakketje (daarin: een tamelijk kleine 128GB iPhone 13 van doorsnee design en een 40 cm laadkabeltje – c’est tout) zowat uit zijn handen. Dan word ik naast haar op de bank gedirigeerd. Het eten kan wel even wachten, meent ze. Eerst installeren.
“Dat kun je nu toch zelf? Want het is een iPhone, toch?”
“Doe niet zo lullig pap. Jij weet ook wel dat ik dat niet alleen kan. Jij hebt immers al mijn wachtwoorden.” Ja, van Google en zo. Android-stuff. Van iClouds en AppleID’s weet ik niks. Ik zucht maar eens diep.
Wat een gedoe. WhatsApp overzetten gaat niet. Dat moet via de iCloud en ik heb geen idee hoe. Contacten overzetten lukt uiteindelijk met veel gepiel, door haar Google-account in de contacten te importeren. “Zie je wel! Werkt prima,” meent Simone. Ik vind van niet.
Foto’s importeren? Vergeet het maar. Want communiceren wil de iPhone niet met haar ouwe foon. Ook niet met de speciale overstap-app. Straks de hele handel maar op de computer saven en dan op een USB-stick zetten of zo. Oldskool. SnapChat doet gelukkig alles zelf. Wat een de opluchting. Het TikTok wachtwoord blijkt onvindbaar. Tranen. Ellende. Verwijten. (“Ik heb ‘t jou gegeven! Waarom heb je het niet gewoon opgeslagen?!?”) De bank-app overzetten en opnieuw registreren: lastig, lastig. We mogen er niet in. Morgen maar eens de bank bellen.
Nicks pakket arriveert een dagje later. Daarin: een prachtige 256GB telefoon van formaat, Dual Sim, designdoos, precies 400 euro, inclusief oplader, kabel, hoesje én beschermfolie.
“Wauw, mooi ding!” roept Nick goedkeurend. Hij installeert zijn Google account en dito drive, en verdwijnt weer naar boven. Tien minuten later komt hij nog even naar beneden om te showen wat de telefoon allemaal wel niet kan. Zelfs de communicatie met de smart-tv verloopt vlekkeloos en “instant”, met één druk op de knop. Alles is binnen een minuut geïnstalleerd en alles doet het ook meteen. Wat een weelde.
Onderwijl zit Simone nog steeds gefrustreerd op de bank. Ik kan het niet nalaten om te zeggen: “Ja sorry hoor, maar JIJ wilde per se een iPhone.”
Ze kijkt me aan. Ik kan haar blik niet duiden. Is het minachting? Teleurstelling? De ‘papa rot alsjeblieft een eind op’ blik? Of het ‘duh, nou, dan zoek ik het zelf wel uit!’ gezicht?
En toch waag ik het: “Ehm, Siem, ik wil dit keer niet wéér eeuwig moeten wachten op m’n voorgeschoten duiten, hè? Wel de rest terugbetalen zonder dat ik er tig keer om moet vragen; 450 euro graag.”
“Dan moet wel eerst mijn bank-app het weer doen!” brult ze. “En JIJ krijgt ‘m niet geïnstalleerd, dus…”
Enfin. Nu weet ik in ieder geval waarom ze zo’n verhipte iPhone wilde. Lekker goedkoop. Gratis zelfs. Want bankieren, dat was ooit. Met een Android.