
Bron: Photo by hotblack at Morguefile.com
Je hebt het vast niet gemerkt, maar ik was even weg. Iets langer dan gepland (want algehele malaise, onder andere), al had ik in dit kader niet eens iets gepland. Ziekte en verdriet plan je niet.
Ik heb kort met het idee gespeeld om helemaal niet meer terug te komen. Te kappen met schrijven en schrappen. Voorgoed weg van de bühne die er maar zelden daadwerkelijk eentje is.
Ik kwakkelde, piekerde en twijfelde. Niet alleen over mijn schriftelijke levensopenbaringen alhier, maar ook over mijn werk als freelance klimaat- en energietransitiewauwelaar. Als een ware klimaatklever plak ik dagelijks met virtuele secondelijm mijn woorden aan het asfalt van het internet. Woorden waar ik, als ik eerlijk ben, niet eens geheel achter sta. Waardoor ik wederom weifelde over de zinnen van mijn hele zijn.
Existentiële exegesen, dus. Noemen ze dit nu een midlife crisis?
Ach, nee toch. Lijkt me niet. Die ben ik toch al voorbij? Ik word geen 90.
Enfin. Onderhand ben ik er al wel achter voor wie ik dit allemaal doe. Namelijk: puur voor mijzelf. Punt is dat ik het mis als ik het niet doe. Een beetje als masturberen. Echt nodig is het niet. Maar wel lekker.
Het is niet eens zozeer: “Wie schrijft, die blijft,” maar veel meer: “Als ik wil blijven, moet ik ook blijven schrijven.”
En daarom heb ik die terugweg toch maar weer opgezocht. En gevonden. Zowel met behulp van het broodkruimelspoor op mijn toetsenbord, alsook door een goed nieuwjaarsgesprek met Mona, mijn lieve, ouwe buurvrouw.
Ja, ze leeft nog. En ze drinkt ook nog steeds thee. Vooral met mij, ter inwijding van het nieuwe jaar. Ik denk dat we er maar een traditie van gaan maken. Voor zo lang het (lees: Mona’s leven) duurt, natuurlijk.
Want Mona heeft en geeft een keur aan lichtende inzichten. Zo doet zij bijvoorbeeld enkel nog aan beëindigen. Aan weg. Zij hoeft immers met niets meer opnieuw te beginnen. Niet te herstarten. Of van iets terug te komen.
En zo las zij mij de les: “Een jonkie als jij zou nooit moeten stoppen met iets wat je regelmatig doet, want weer beginnen is dan des te moeilijker. En dan heb ik het natuurlijk niet over roken. Je moet gewoon gestaag en ritmisch doorgaan. Niet stoppen. Althans niet voor je hoogtepunt. En geloof me, dat komt maar zelden.”
Ik grinnik. Mona weet wat ik denk. Net als iedereen.
Eigenlijk is stukjes schrijven dus net als seks. Een constant ritme is van belang om tot iets te komen. En verder doe je het vooral voor jezelf en misschien een klein beetje voor een ander. Hoe dan ook: beter maar niet meer stoppen dus. Anders wordt die terugweg van ‘weg’ wel een heel hobbelige.
Gelukkig je bent er weer
Blij dat je blijft. Jij bent mijn favoriete stukjesschrijver hier.