Ik kan me herinneren, dat het voetbalvirus me te pakken kreeg. Niet het precieze moment, niet de aanleiding, niet wat er gebeurde. Ik weet ook niet van wie ik het heb gekregen: buiten mijzelf en mijn opa was er niemand die enige symptomen vertoonde. Mijn opa woonde ver weg, de kans dat hij me besmet zou hebben, was wellicht niet zo groot. In elk geval heeft hij me niet besmet met de liefde voor zijn favoriete club, de kersverse landskampioen.
Hoe het ook gebeurd moge zijn, besmet ben ik, zo ergens aan het begin van de jaren ’70. Zonder vader of opa die me aan de hand meenam naar een club, kon ik zelf kiezen. Wat ik gedaan heb? Heel praktisch: ik keek op de ranglijst welke club er uit de buurt kwam. Op dat moment speelde er maar één club uit Lampegat in de Eredivisie: die van de gloeilampjes.
Hoe ik fan ben geworden, mag niet bijzonder romantisch zijn. Feit is wel, toen de keuze eenmaal gemaakt was, die nooit is veranderd. De keuze kan ook niet veranderen, fan ben je en blijf je, wat er ook gebeurt. Het is moeilijk uit te leggen aan iemand die niets met de edele sport heeft, zoals mijn lief. Ik zie haar glunderen als mijn club gescoord heeft, en ik opveer, de vuisten gebald, onder het uiten van een welgemeend ‘Yes!’.
Het is een gevoel, gevoel is sowieso moeilijk uit te drukken in woorden. Je leeft mee, juicht mee in goede tijden en huilt mee in slechte. Het wel en wee van de club, spelers die geblesseerd zijn, het spel dat wel of niet goed is, winst of verlies: het raakt je.
Als een clubicoon die trainer werd, eigenlijk tegen beter weten in, in een wolk van chaos en verwarring ineens weg is, ben je verbijsterd, bezorgd en verdrietig tegelijk. Wat er precies gebeurd is tussen Ruud van Nistelrooy, zijn technische staf en zijn spelers, ik weet het niet. Als deze puinhoop bij elke andere club zou zijn, zou het me koud laten. Nu laat het me niet koud, elk bericht lees ik, hoe speculatief het ook is, hoe weinig ik er ook wijzer van wordt. Wat de waarheid ook moge zijn, de situatie kent alleen verliezers.
Als het een virus is, is het een waar geen vaccin tegen te vinden is. Al was er een vaccin, ik zou het weigeren. Fan ben je, voor het leven.