
Bron: Photo by hotblack at Morguefile.com
Laatst was Lisa weer eens hier. Was lang geleden, want sinds haar overmatige, non-platonische avances een paar jaar geleden was onze vriendschappelijke relatie een poosje ietwat bekoeld. Maar tegenwoordig komt ze weer regelmatig langs. Want “toch wel gezellig,” zoals zij het noemt.
Ik noem het eerder een noodzakelijk kwaad. Want hoewel ik me Lisa nog steeds van het lijf moet houden (ook dit keer zat ze na een lange begroetingszoen meteen weer aan mijn achterwerk te frunniken), heeft ze wél allerhande praktische informatie over andere vrouwen paraat. Informatie waar ik iets aan zou kunnen hebben bij eventuele volgende dates. Dingen die ik moet doen. En vooral níét moet doen. En gegevens over waarom iets wel of niet “werkt” bij een vrouw.
“Mannen snappen echt nog steeds geen bal van vrouwen, hè. Wat is daar toch misgegaan in de evolutie…” verzucht Lisa.
“Geen idee.”
“Mannen denken altijd dat zij een godsgeschenk zijn voor vrouwen. Vooral in bed. Terwijl de hoofdreden waarom een vrouw géén zin in seks heeft, de welbekende Pleasure Gap is. Dat weet toch iedereen?”
“Pleasure wat?”
“De genotskloof. Het orgastisch ravijn. De enorme afstand tussen wat een man aan seksueel genot dénkt te schenken en wat daadwérkelijk het geval is.” Haar klemtonen doorklieven de lucht.
“Snap ik niet.”
“Nee, dacht ik al. Jij man.” Ze rolt met haar ogen. “Mannen denken dat zij iedere vrouw op seksueel vlak in no time kunnen bevredigen. En dat ís dus gewoon niet zo.”
“O?”
Ik moet bekennen dat ik nooit gedacht heb dat ik een godsgeschenk ben, maar ik wil Lisa’s informatiestroom in geen geval onderbreken en zelfs verder stimuleren. Vandaar mijn vragende ‘O’.
“Ja. Het is bewezen dat vrouwen bij seks met mannen de laagste orgasmefrequentie hebben. Bij seks met andere vrouwen komen ze bijvoorbeeld véél vaker.”
“Nou, bij seks met bomen blijkbaar ook,” mompel ik.
“Djiezus, Denis!”
Ik zie alle zaken waarmee je nog meer seks kunt hebben, al de revue passeren in Lisa’s hoofd.
“Hoe dan ook,” vervolgt ze stoïcijns, “de meeste vrouwen hebben gewoon heel doelgerichte clitorale stimulatie nodig, anders wordt het niks met dat orgasme. En mannen denken dat ze dat goed kunnen, maar wij kunnen dat zelf stúkken beter.”
“Nou, omgekeerd is ‘t ook het geval, hoor. Vrouwen denken dat ze goed kunnen aftrekken en pijpen, maar dat kan ik dus zelf óók veel beter. Nou ja, pijpen niet, helaas.”
“Jij hebt geen stijve, jij bént een stijve,” grinnikt Lisa gemeen. “Maar goed, het is een feit dat voor vrouwen het fijnere vingerwerk meestal beperkt blijft tot het voorspel. Dan komt al rap het mannengedeelte, geslachtsgemeenschap tot hij is klaargekomen. Vrouwen krijgen daar doorgaans geen hoogtepunt van en hebben daarna nog wat méér nodig, maar dan ligt meneer alweer te ronken.”
Ik kan alleen maar een beetje beamend knikken. Dat klopt wel… Geloof ik…
“En als een man dan toch zijn best doet, heeft zij het gevoel dat ze er veel te lang over doet, dat hij het niet helemaal goed doet – te hard, te langzaam, of hij zit er nét naast, et cetera – en dat ze hem maar laat werken en werken. Dan liever een orgasme faken en de boel later zelf nog even verder afmaken, als hij al post-orgastisch ligt te snurken.”
‘t Is niet waar… Dát is nieuw voor me. Doen vrouwen dat echt?
“Punt is dat vrouwen na enige mislukte pogingen de geslachtsgemeenschap zelf niet langer in verband brengen met het eigen orgasmeren. En dan neemt haar verlangen naar seks als vanzelf successievelijk af.”
Hm. Vrouwen zijn en blijven moeilijke wezens. Denk je dat je eindelijk iets goed doet en kunt, hebben ze weer last van iets vaags als een Pleasure Gap. Vrouwen moeten niet zo moeilijk doen en, net als mannen, meer doe-het-zelven. Gewoon tijdens de seks bijklussen in eigen lijf – en niet pas erna. Heb ik absoluut niks op tegen. Andere mannen vást ook niet.
“Nou, dan weet ik het goed gemaakt,” kraai ik, vergenoegd na al deze informatie. “Jij hebt duidelijk het heft in eigen handen. Wees een grote meid en overbrug zelf je orgasmekloof? Daar heb je míj niet meer voor nodig. Nou doei hè, Lisa, tot de volgende keer!”