
Bron: Photo by hotblack at Morguefile.com
Het is inmiddels wel bekend: ik ben geen goede kok. Maar ik doe mijn best om toch elke avond iets eetbaars op tafel te zetten dat hier en daar ook nog enigszins in de categorie ‘gezond’ valt. Meestal worden mijn maaksels woordeloos opgegeten. Soms ook niet. En héél soms krijg ik zelfs het ultieme compliment: “Dit was best aardig te nassen, pap!” Onderhand is het een prestigezaak geworden: niet alleen maar koken wat gevreten wordt, maar zelfs koken wat gecomplimenteerd zou kunnen worden.
Als ik dan ook ergens een pokkenhekel aan heb, is het wel dat ik prestigieus kook en dan komt een kind gewoon niet opdagen. Dan eet Simone ineens bij Tjerk (ja, dat jong is er nog steeds). Of Nick heeft ‘s middags op de mensa al een prak gegeten en hoeft dan ‘s avonds eigenlijk niet meer. En dus wil ik dat ze het melden als ze niet komen eten. Minimaal een paar uur van tevoren, zodat ik erop kan rekenen. Bij Simone werkt dat redelijk goed; zo vaak is die ook niet weg. Maar bij Nick… nou ja.
Daarom was ik hoogst verbaasd toen ik enige dagen geleden om een uur of 16 dit appje van Nick kreeg:
“Ey pa, ik eet vanavond niet mee!”
Oh wauw. Hij begint het eindelijk te leren! En dat is fijn, want Nick vreet als een bootwerker.
“Okido, Simone eet ook niet mee vanavond,” app ik terug. Want Simone is bij een vriendin. Prima, heb ik de avond lekker voor mij. Bestel ik een pizza, biertje erbij, Denis-night.
“Sry 😅” appt Nick ineens terug. Hoezo sorry?
“Geen sorry hoor, ik ben allang blij dat je het nu eens een keer fatsoenlijk meldt!” Voor goed gedrag moet je immers altijd meteen je waardering uitspreken, nietwaar?
“OK ben nl al aan het eten haha 🍽👌🤤”
Hè? Om deze tijd? “Waar dan? Wat dan?” vraag ik, nieuwsgierig als ik ben. Zou hij eindelijk een vriendinnetje hebben? Of een stel maten hebben gevonden waarmee hij een hamburger is gaan scoren? Zou zo goed voor hem zijn… Sinds Nick studeert, lijkt hij enigszins op te bloeien. Minder kluizenarig. Meer real-life vrienden. Minder in zijn eentje. Tenminste, als dat wat hij vertelt, waar is.
Even blijft het stil.
Dan zie ik dat hij typt. En typt. En typt.
Een hele roman, zo lijkt het.
“Ben nog hier op de uni. Er is hier een of ander feestje. Lijkt op een party voor de mensen die hier werken maar ze lieten me er gewoon in. Wel een hoop in pak hier maar maakt mij niet uit. Kreeg een glas champagne! Sjiek man. Het eten is hier echt vet.”
Niet letterlijk vet, maar vet als in heel erg lekker, begrijp ik. Lekkerder dan dat van mij. Nick typt door.
“En er is een band. En een buffet met toetjes. Dus je snapt dat ik hier eet en niet thuis hè. Zie je later!”
Een moment lang ben ik ietwat beledigd. Wat nou ‘je snapt dat ik niet thuis eet’!? Maar dan moet ik toch wel lachen. Ik zie hem daar al staan in zijn eentje, in spijkerbroek en slobbershirt tussen de wandelende maatpakken. Kent geen kip, maar vreet zonder enige gêne het buffet van een of ander promotiefeestje leeg. Gratis all you can eat! Ja, die jongen leert het nog wel, dat ware studentenleven. Studeren betekent kosten besparen. Dus gratis eten? Altijd doen! Want wie eet, die blijft. Zelfs als het dan een keertje níét mijn eten is.